Voorlichtingsactiviteiten

Bekijk het aanbod en meld je aan

Alles over de open dag van Civiele Techniek

Open dag

10:00 - 14:00 Op locatie 08-11-2025

Op zaterdag 8 november openen we van 10.00 tot 14.00 uur de deuren van al onze locaties voor je! Kom bij ons langs om je te laten informeren, sfeer te proeven en in gesprek te gaan met studenten en docenten.

Open avond

16:00 - 20:00 Op locatie 10-12-2025

Op woensdag 10 december openen we de deuren van al onze locaties voor je! Kom bij ons langs om je te laten informeren, sfeer te proeven en in gesprek te gaan met studenten en docenten.

Helmer over Civiele Techniek

Oud-student is beheerder van de Erasmusbrug dankzij studie Civiele Techniek

Ben jij een Civiele Held?

Sta aan de tekentafel van het Nederland van de toekomst.

“Je kan tijdens je studie al een bijbaan vinden binnen de civiele techniek.”

Fenna van de opleiding Civiele Techniek

Meekijken met de studenten?

Volg onze studenten via Instagram

Opbouw

Hoe is de opleiding opgebouwd?

Bij onze opleidingen voelt iedereen zich welkom en hoort iedereen erbij. Studenten en docenten kennen elkaar en weten elkaar te vinden. De docenten doen er alles aan om je te begeleiden bij je studie op een manier die bij jou past. Dit vraagt van jou betrokkenheid en een actieve inzet. Samen maken we het onderwijs.

Hierbij besteden we onder andere aandacht aan je:

kennisbasis van het beroep
handelen in de beroepspraktijk
eigen professionele identiteit
persoonlijke ontwikkeling

Al deze elementen komen steeds aan bod tijdens de opleiding. Studenten (en medewerkers) hebben invloed op de manier waarop dit gebeurt in medezeggenschapsraden.

Bij de start van je studie ligt de nadruk op het ontwikkelen van kennis en vaardigheden, maar direct komt ook de praktijk aan bod. Je leert reële beroepsvraagstukken aan te pakken, in samenwerking met medestudenten, docenten, professionals uit de praktijk en praktijkgerichte onderzoekers. Eerst krijg je veel begeleiding van je docent, later neem je steeds meer het heft in eigen handen. Tijdens je studie leer je jezelf steeds beter kennen en ontdek je wat jouw unieke kwaliteiten zijn als beroepsbeoefenaar.

Het eerste jaar, de propedeuse, geeft je een goede indruk van de opleiding. Je leert over het vakgebied en de mogelijke beroepen. Je besteedt in het eerste jaar een groot deel aan de basisvaardigheden. Je krijgt onder andere wiskunde (wiskunde B en D), mechanica (natuurkunde) en communicatie (Nederlands, Engels en modelleren). Daarnaast krijg je in elk semester een nieuw thema. Hierin staat een maatschappelijke opgave centraal. Naast de civieltechnische vakken is er in jaar 1 ook aandacht voor jou als persoon en je ontwikkeling tot professional. Ook in de jaren hierna komt dit steeds terug.

Het eerste semester

In het eerste semester start je met een inleidend blok. Door practica, excursies en gastcolleges maak je in korte tijd kennis met het brede vakgebied. Ook maak je je eerste technische tekening van een zelfgekozen civieltechnische constructie. Denk bijvoorbeeld aan een brug of sluis. Daarnaast staat in dit semester het leefbaar houden van de stad centraal. Je ontwerpt een veilige buitenruimte. Hierbij hoort ook de civieltechnische infrastructuur, zoals wegen, fietspaden en verlichting. Je zorgt er ook voor dat de bewoners van de wijk er prettig kunnen leven. Je houdt in je ontwerp bijvoorbeeld rekening met de verkeersveiligheid en klimaatadaptatie. De toegankelijkheid van de stad en de riolering neem je hier ook in mee. In het laboratorium ontdek je meer over de wegbouwkundige eisen die nodig zijn voor het ontwerp en de uitvoering.

Het tweede semester

In het tweede semester leer je over de vloeistofmechanica. Dit is nodig is bij het ontwerpen en berekenen van kleine waterbouwkundige constructies zoals een stuw of duiker. Deze constructies heb je nodig om bijvoorbeeld het waterbeheer in de Nederlandse polders technisch te regelen. Hierdoor is de polder beter bestand tegen het veranderende klimaat.

Ook ga je in dit tweede semester oplossingen bedenken voor onze groeiende steden. Daar waar de ruimte schaars is, ontwerp je oplossingen door de ruimte onder de grond te benutten. Hiervoor ontwerp je een bouwkuip waarbij je te maken krijgt met de verschillende eigenschappen van de bodem. Bij de cursus Geotechniek leer je eerst alles over de sterkte van de ondergrond en mogelijke bouwtechnieken.

In het tweede jaar begint de hoofdfase van je opleiding. Hierin breid je je technische basis uit en ga je de techniek in een grotere context plaatsen. Je doet bijvoorbeeld een aanbesteding voor een nieuwe verbindingsweg van een industrieterrein. Je levert zowel het ontwerp als de kostencalculatie, de bouwplanning en het vergunningsoverzicht op. Jij zorgt er zo voor dat de economische waarde van het industrieterrein toeneemt. De omgevingshinder blijft zo tijdens de bouw beperkt.

Voorbeelden van opdrachten en cursussen

Als tweede voorbeeld ga je aan de slag met de realisatie van kademuren. Veel kademuren zijn aan het einde van hun levensduur. De veiligheid en de instandhouding van de leefomgeving staan hierdoor onder druk. Misschien heb je zelf wel eens op het nieuws gehoord dat er ergens een kademuur is ingestort. De vervanging van kademuren kan een kostbare en complexe operatie zijn. Dit kan een aantal oorzaken hebben. Het kan zijn dat je midden in de stad zit en de ruimte schaars is.
Misschien zit je middenin het drukke havengebied. Dus hoe houd jij nu iedereen tevreden en zorg jij voor een constructie die weer ten minste 100 jaar meegaat? Kortom de complexiteit van de techniek neemt toe. Dit betekent dat belangen van diverse partijen de uitkomst van je projecten steeds meer beïnvloeden.

Om de theorie en de projecten op school beter te begrijpen ga je op excursies. Ook onderzoek je in het laboratorium of jouw gemaakte berekeningen kloppen. Denk hierbij aan de vraag of de waterhoogte bij een obstakel in het schaalmodel klopt.

Keuzevakken, stage en minoren

Naast de cursussen die worden aangeboden, zoals de voorbeelden van hierboven zijn er meer mogelijkheden. Je kan bij ons je studie zelf meer inrichten naar hoe jij het wilt. Zo volg je in jaar twee drie keuzevakken. In jaar drie ga je op stage bij een aannemer in jouw voorkeursvakgebied binnen de civiele techniek. In jaar vier kies je een minor van Hogeschool Rotterdam of een andere hogeschool. Een minor en/of stage is het buitenland is ook mogelijk. Zo wordt jouw studie echt van jou!

Afstuderen als ingenieur

Je studie sluit je af met een afstudeeronderzoek. In een half jaar tijd word jij specialist op het door jou gekozen onderwerp. Denk bijvoorbeeld aan het optimaliseren van de uitvoeringsplanning van een bouwproject. Of aan het doen van onderzoek naar klimaatadaptief bouwen.
Een variantenstudie naar versterkingsmogelijkheden van een brug hoort ook bij de mogelijkheden. Met al deze nieuwe kennis maak jij als ingenieur onze gebouwde omgeving weer een stukje mooier, veiliger en/of duurzamer.

Keuze

Tijdens je opleiding kun je kiezen uit zo'n driehonderd (hogeschoolbrede) keuzevakken. Dit biedt de kans om over de grenzen van je eigen opleiding heen te kijken en om invulling te geven aan je specifieke leerbehoeften. Afhankelijk van je opleiding kun je zelf een stageplek uitzoeken. Via een minor in de hoofdfase van je studie kies je een bepaald profiel waarmee je jezelf kunt onderscheiden. Ook de afstudeeropdracht die je kiest, geeft een persoonlijke inkleuring aan je opleiding.

Begeleiding

Iedere student is uniek en heeft zijn eigen ideeën over wat hij in zijn studie wil bereiken. In onze begeleiding maken we je bewust van je capaciteiten, kansen en uitdagingen. Soms blijkt tijdens of al vóór de opleiding dat je moeite hebt met een bepaald vak. Dan is het nuttig je kennis hiervan bij te spijkeren. Als student krijg je een coach (docent) die je begeleidt en de studievoortgang in de gaten houdt. Ook kun je een peercoach krijgen: een ouderejaarsstudent die een jongerejaars begeleidt.

Studeren met een functiebeperking

Heb je een functiebeperking en heb je daarvoor aanpassingen of voorzieningen nodig, dan bieden we daarvoor verschillende mogelijkheden.

In het derde jaar van je opleiding loop je een half jaar stage bij een aannemer om praktijkervaring op te doen. Hier leer je hoe het eraan toe gaat op de bouwplaats, iets wat we je natuurlijk op de hogeschool zelf, in het klaslokaal, niet kunnen meegeven.

Een periode waar je voor het eerst een echte bijdrage gaat leveren aan de gebouwde omgeving van de toekomst. Je kunt klimaatadaptieve maatregelen nemen door de dijken te verstevigen, je kunt leefgebieden verbinden door nieuwe bruggen en viaducten te bouwen of misschien los jij die files een keertje echt op door de aanleg van een nieuwe snelweg.

Ben je benieuwd wat jij op een werkdag doet om dit te realiseren? Bekijk dan onderstaand filmpje over de stage van Ferdi Heijkoop bij MNO vervat.

In de laatste fase van je opleiding verdiep je je door middel van een minor in je vakgebied of verbreed je je kennis in een door jou gewenste richting.

Deze minor besteedt aandacht aan kustverdediging, landaanwinning, stedenontwikkeling, irrigatie en dijken.

Een goed geolied mobiliteitssysteem is de 'bloedsomloop' van ons land: het is van levensbelang voor een complexe samenleving als de onze. De infrastructuur (wegen, spoorwegen, vaarwegen) die daarvoor nodig is, kost veel ruimte en geld. Bovendien heeft het vaak negatieve effecten op de leefomgeving. Om hierin de juiste afwegingen te kunnen maken, zijn goed opgeleide, zelfkritische professionals nodig. Professionals die in staat zijn om in een multidisciplinair team gezamenlijk een onderzoek op te zetten en uit te voeren. In deze minor werk je in projectgroepen samen met studenten van verschillende studierichtingen aan actuele vraagstukken van opdrachtgevers in de regio Rotterdam - Den Haag. In die projecten is het opzetten van een goed onderzoek net zo belangrijk als het maken van het ontwerp. Daarbij maak je gebruik van kennis die je opdoet in cursussen en trainingen. In deze minor leer je: een verkeerskundig onderzoeksproject op te zetten; een infrastructuurproject te zien in de context van het totale netwerk en van ruimtelijke ontwikkelingen; de achtergronden van mobiliteit (zoals vervoer- en routekeuze) te begrijpen; hoe je toekomstige verkeersstromen kunt voorspellen; hoe verkeersstromen zich gedragen, hoe ze worden gemanaged en hoe files ontstaan; analyses uit te voeren van openbaar vervoersystemen; een duurzame en veilige infrastructuur te ontwerpen als onderdeel van de openbare ruimte. Met deze specialisatie kun je o.a. terecht bij ingenieursbureaus, bij verkeerskundige en stedenbouwkundige bureaus, maar ook bij diverse overheidsintanties (bv. Gemeenten, Provincies, Rijkswaterstaat).

Bekijk in onderstaand filmpje de minorafsluiting van het M4H gebied. De minor heeft met vier andere minors samengewerkt aan innovatieve oplossingen voor problemen en kansen in het gebied van Merwevierhavens.

In deze verdiepende minor leer je draagconstructies van gecompliceerde bouwwerken in meerdere materialen te ontwerpen en te dimensioneren. Uitbreiding van je constructieve kennis vindt plaats op het gebied van materialen (voorgespannen beton, staalbeton) en hun specifieke kenmerken (brand, duurzaamheid), op bouwdelen (vloeren, wanden, stabiliteits-voorzieningen) en op het gebied van mechanica. Verder wordt aandacht besteed aan duurzaamheid en hergebruik van bouwwerken. Mogelijke functies kunnen zijn: tekenaar, tekenaar-constructeur, constructeur, specialist, adviseur, (hoofd)uitvoerder, werkvoorbereider, ambtenaar bij bouwdiensten, inspecteur bouw- en woningtoezicht en beheerder.

Wil jij je mee bouwen aan de toekomst van Nederland? Dat kan in deze minor door kennis en praktijkervaring op te doen over Projectmanagement of Assetmanagement van complexe bouw- en infra-opgaven. Je draait mee in een praktijkorganisatie en tegelijkertijd werk je aan je ontwikkeling als mens en professional onder begeleiding van een coach.

Bruggen, sluizen, wegen, spoorwegen, vaarwegen, havens, dijken en dammen zijn allemaal civiele infrastructuur. Het bouwen en blijvend functioneren is cruciaal voor onze samenleving. In de minor Samen bouwen aan de Toekomst gaan we aan de slag om dit voor elkaar te krijgen. In de minor kan je kiezen uit 2 sporen: focus op projectmanagement of focus op assetmanagement. Je ontwikkelt theoretische kennis en praktische vaardigheden, die je vervolgens gaat toepassen in een project- of assetmanagementomgeving bij een echte opdrachtgever, zoals Rijkswaterstaat, het Havenbedrijf Rotterdam, het ingenieursbureau van de gemeente Rotterdam, Amsterdam of Den Haag of een waterschap. Daarnaast zijn bedrijven en organisaties bij deze minor betrokken, zodat de minor geen theoretische oefening is maar met twee benen in de praktijk staat.

Student van andere hogeschool?

Ben je student bij een andere hogeschool en wil je een minor bij Hogeschool Rotterdam volgen? Bekijk je mogelijkheden op Kiesopmaat.nl. De minors van Hogeschool Rotterdam duren een half jaar (september - februari) en leveren 30 EC (studiepunten) op.

Tijdens je afstuderen ga je een volledig semester aan de slag met je afstudeerscriptie. Hiervoor ga je bij een bedrijf of overheidsinstantie een actueel vraagstuk aanpakken dat invloed heeft op onze leefomgeving. Dit kan van alles zijn op het gebied van de klimaatadaptatie, de energietransitie, de leefbaarheid in de stad of een op dat moment ander actueel maatschappelijk thema. Je schrijft over je onderzoek een scriptie waarin je jouw bevindingen vastlegt en sluit het af met een verdediging. Als alles goed gaat, ben je na dat moment officieel ingenieur!

Veel opdrachten in de praktijk komen uit het buitenland. Daarom bestaat de mogelijkheid om als student stage te lopen en af te studeren in het buitenland. Ook zijn er voor de minor uitwisselingsprogramma's met bijvoorbeeld The North Eastern University in Boston, waardoor het mogelijk is vakken te volgen in Amerika.

Tevens kun je in het vierde jaar deelnemen aan de excursie naar het buitenland waarbij kennis wordt opgedaan over de aanpak van civiele projecten in andere landen. Dit kan zowel in Europa zijn als op een ander continent. De ervaring leert dat dan pas wordt vastgesteld hoeveel verschil er is tussen de Nederlandse bouwwijze en die in het buitenland. De cultuur, omgeving en conjunctuur spelen een belangrijke rol in de samenwerking tussen alle betrokken partijen bij de bouw van een civieltechnisch werk.

Vakken

Een indicatie van de vakken die je kunt verwachten

Onderwijsperiode 1

Introductie Civiele Techniek

Introductie Civiele Techniek

Tijdens dit project maak je een voorstel en presenteert dit aan de opdrachtgever.

Dit thema heeft als doel om kennis te maken met civiele techniek. Door de vele aspecten van het vakgebied te laten passeren vorm je een goed beeld van wat het vak inhoudt.
Vragen die aan bod komen:
• Wat zijn de veel voorkomende begrippen, technieken en materialen in de civiele techniek?
• Welke type civiele (kunst)werken zijn er?
• Hoe zit het met grond- en waterspanningen?
• Hoe blijft een ponton of steiger drijven?
• Waar moet men op letten bij de bouw?

De kennis die je opdoet tijdens de theorielessen pas je direct toe in een project. In studiejaar 2021-2022 was het project het ontwerp van een mobiliteitshub naast de ‘A16 Rotterdam’, met als eindresultaat een maquette (zie foto).
Aan het eind van het thema heb je brede kennis opgedaan die de beginnend civiele ingenieur nodig heeft.

Maquette projectgroep 12-3 (studiejaar 2021-2022)
Constructieleer 1

Constructieleer 1

Binnen de module wordt een begin gemaakt met schematiseren en het doorrekenen van constructies.

Deze cursus vindt plaats aan het begin van het traject en is bedoeld om te leren constructies te ontwerpen en te berekenen. In deze cursus staat het kennismaken het constructies centraal. Wat zijn constructies, hoe zit een constructie van een bouwwerk (bijvoorbeeld een brug of een hal) in elkaar, hoe werken de onderdelen samen? Welke functie heeft een onderdeel, wat voor krachten werken erop? Aan de hand van te bestuderen bouwwerken wordt een eerste basis gelegd voor de constructieve vakken zoals Toegepaste Mechanica. Proefondervindelijk worden ook de werking en mogelijke bezwijkvormen duidelijk van zowel onderdelen als het geheel.

Wiskunde

Professionele ontwikkeling
Professionele ontwikkeling

Bij deze leerlijn gaan we aan de slag met de hogeschool brede algemene competenties. Daarnaast ga je veel leren over wie jij bent en hoe jij handelt. Dit gaat bijdragen aan de ontwikkeling van jouw beroepsidentiteit.

De cursus bestaat uit 4 onderdelen (Modelleren, Workshops, Taal en Studieloopbaancoaching) die hieronder kort worden toegelicht:
- Modelleren: bij het modelleren ga je leren om wat je op papier ontworpen hebt in een (3D) computer model weer te geven. In onderwijsperiode 1 zal je leren om te gaan met het programma Revit. Waarna je in onderwijsperiode 2 kennis maakt met het programma Civil 3D. Bij het modelleer onderwijs zal in onderwijsperiode 3 worden gewerkt aan de Infraworks vaardigheden. Met name het in laden van diverse ondergronden en het maken van verschillende kaarten. Daarvoor is natuurlijk een goede beheersing van alle functies van het programma noodzakelijk dus daar wordt ook de nodige aandacht besteed. Gedurende onderwijsperiode 4 zal de focus vooral liggen op het Building Information Model (BIM). Hier gaan jullie leren om modellen te controleren op clashes, en om de
  planning aan het model te koppelen. Hierdoor krijg je een zogenaamd 4d model.
- Workshops: hierin worden vaardigheden aangeleerd die je gaan helpen bij je studie en je carrière na de studie. De workshop worden ‘Just in time’ gegeven zodat je de opgedane kennis gelijk kan toepassen bij de lessen en opdrachten van het themablok.
- Nederlands (onderwijsperiode 1 en 2): de lessen voor Nederlands die je bij Civiele Techniek krijgt lijken waarschijnlijk niet zoveel op de lessen die je op de middelbare school hebt gehad. We gaan ons specifiek richten op de aandachtspunten die belangrijk zijn om als civiel technicus goed informatie te kunnen overdragen en om goed mee te kunnen praten binnen de beroepsgroep. Bij Nederlands werken we zo veel mogelijk samen met je inhoudelijke vakken. Je krijgt dan bij de lessen Nederlands begeleiding in bijvoorbeeld het schrijven van een bepaalde tekstsoort, waarbij de inhoud gaat over je technische vakken. Door op deze manier te werken weet je altijd waar het onderwerp over gaat, en leer je wanneer het handig is om meer informatie op te zoeken .
- Studieloopbaancoaching

Onderwijsperiode 2

Binnenstedelijke infrastructuur
Binnenstedelijke infrastructuur

We staan er niet vaak bij stil dat we voortdurend in beweging zijn. Mobiliteit, ofwel het verplaatsen van A naar B, is een basisbehoefte en zowel infrastructuur als een leefbare omgeving is noodzakelijk om in die behoefte te voorzien. Aan de hand van een casus in Rotterdam e.o. leer je na te denken over infrastructuur op wijkniveau van de stad en op de lokale impact hiervan op de ontwikkeling van de stad en/of een gebied binnen de stad.

De volgende vragen komen aan de orde:
- Wat is het belang van mobiliteit en bereikbaarheid voor een stad, wijk of gebouw?
- Welke impact heeft infrastructuur op de omgeving?
- Wat voor typen wegen / kruisingen, aansluitingen e.d. zijn er mogelijk in de woonwijk?
- Hoe richt je een goede, leefbare, openbare ruimte in?
- Welke infrastructuur ligt er onder de grond?
- Hoe houd je de straten droog?
- Hoe toets je dat jouw ontwerp voldoet aan de gestelde eisen?
- Hoe geef je water en groen ruimte binnen de wijk?
- Wat zijn de kosten voor het voorbereiden, ontwerpen en realiseren van dit type werk?
- Wat voor beroepsproducten moeten hiervoor gemaakt worden en hoe pak ik het aan?
Aan het eind van het thema heb je kennis van diverse onderwerpen die van belang zijn voor de inrichting van een stedelijk gebied. Je bent in staat om binnen een projectteam aan een opdracht te werken om tot een oplossing te komen die voldoet aan de gestelde eisen van de opdrachtgever. En als laatste ben je in staat je bevindingen te presenteren en je toehoorders te overtuigen van jouw opgestelde plan.
Dwarsprofiel
Toegepaste Mechanica

Toegepaste Mechanica

De inhoud van de cursus toegepaste mechanica sluit aan op de mechanica uit de natuurkunde van het voortgezet onderwijs. Aan de hand van een drietal civiele bouwwerken (brug, loods en waterkerende schuif) wordt geoefend in het berekenen van de krachtsverdeling en de, als gevolg daarvan, optredende spanningen en vervorming in diverse onderdelen van de draagstructuur van die bouwwerken.

Voor elk constructiedeel moet het (belasting)schema / model worden opgezet. Het bepalen van de krachtsverdeling, spanningen en vervorming gebeurt “met de hand” en met daarvoor geschikte rekensoftware (MatrixFrame,2D–raamwerk). De handmatig berekende waarden worden vergeleken met die uit de computerberekening om eventueel gemaakte fouten te kunnen achterhalen en beoordelen.

Naast de rekenkundige onderbouwing dienen de beschouwde onderdelen, in hun samenhang, te worden gevisualiseerd.

Loop- en fietsbrug (www.jaapdevriesprodukties.nl)

Schematisering loop- en fietsbrug als ligger

Wiskunde

Professionele ontwikkeling
Professionele ontwikkeling

Bij deze leerlijn gaan we aan de slag met de hogeschool brede algemene competenties. Daarnaast ga je veel leren over wie jij bent en hoe jij handelt. Dit gaat bijdragen aan de ontwikkeling van jouw beroepsidentiteit. De cursus bestaat uit 4 onderdelen (Modelleren, Workshops, Taal en Studieloopbaancoaching) die hieronder kort worden toegelicht:
- Modelleren: bij het modelleren ga je leren om wat je op papier ontworpen hebt in een (3D) computer model weer te geven. In onderwijsperiode 1 zal je leren om te gaan met het programma Revit. Waarna je in onderwijsperiode 2 kennis maakt met het programma Civil 3D. Bij het modelleer onderwijs zal in OP 3 worden gewerkt aan de Infraworks vaardigheden. Met name het in laden van diverse ondergronden en het maken van verschillende kaarten. Daarvoor is natuurlijk een goede beheersing van alle functies van het programma noodzakelijk dus daar wordt ook de nodige aandacht besteed. Gedurende onderwijsperiode 4 zal de focus vooral liggen op het Building Information Model (BIM). Hier gaan jullie leren om modellen te controleren op clashes, en om de
  planning aan het model te koppelen. Hierdoor krijg je een zogenaamd 4d model.
- Workshops: hierin worden vaardigheden aangeleerd die je gaan helpen bij je studie en je carrière na de studie. De workshop worden ‘Just in time’ gegeven zodat je de opgedane kennis gelijk kan toepassen bij de lessen en opdrachten van het themablok.
- Nederlands (onderwijsperiode 1 en 2): de lessen voor Nederlands die je bij Civiele Techniek krijgt lijken waarschijnlijk niet zoveel op de lessen die je op de middelbare school hebt gehad. We gaan ons specifiek richten op de aandachtspunten die belangrijk zijn om als civiel technicus goed informatie te kunnen overdragen en om goed mee te kunnen praten binnen de beroepsgroep. Bij Nederlands werken we zo veel mogelijk samen met je inhoudelijke vakken. Je krijgt dan bij de lessen Nederlands begeleiding in bijvoorbeeld het schrijven van een bepaalde tekstsoort, waarbij de inhoud gaat over je technische vakken. Door op deze manier te werken weet je altijd waar het onderwerp over gaat, en leer je wanneer het handig is om meer informatie op te zoeken .
- Studieloopbaancoaching
HR Keuzeonderwijs of bijspijkervakken

Onderwijsperiode 3

Waterbeheer in Nederlandse polders

Waterbeheer in Nederlandse polders

De helft van het polderoppervlak in Europa ligt in Nederland. Heel West-Nederland (zowel stedelijk als landelijk gebied), met uitzondering van de duinen, bestaat uit polderland. Zonder permanente bemaling zijn polders onbewoonbaar. Door toekomstige ontwikkelingen (verandering van het klimaat, ruimtelijke ontwikkelingen, gewenste transities zoals duurzaamheid, klimaatadaptatie, energietransitie) moet er blijvend aandacht zijn voor waterbeheer in de polder en daarom is dit een actueel thema.

Het onderhouden en/of verbeteren en/of innoveren van het waterbeheer in polders hoort bij het werkveld van de civiel ingenieur. Heel concreet kan je denken aan het aanpassen van bijvoorbeeld aanvoer- en afvoersystemen, het ontwerpen van watergangen, ontwatering- en afwateringssystemen en de daarbij horende (regel)kunstwerken (bv. overlaten, duikers, gemalen). Na je studie kun je als civiel ingenieur bij zo’n vraagstuk betrokken raken. Dit kan in de rol van adviseur bij een waterschap of ingenieursbureau of in de rol van werkvoorbereider/uitvoerder bij een aannemer.

In deze module leer je een technisch ontwerp of waterhuishoudkundig plan te maken van een polder t.b.v. het op orde krijgen van het waterbeheer in de polder.

Watergang met stuw
Toegepaste Mechanica

Toegepaste Mechanica

De inhoud van de cursus toegepaste mechanica sluit aan op de mechanica uit de natuurkunde van het voortgezet onderwijs. Aan de hand van een drietal civiele bouwwerken (brug, loods en waterkerende schuif) wordt geoefend in het berekenen van de krachtsverdeling en de, als gevolg daarvan, optredende spanningen en vervorming in diverse onderdelen van de draagstructuur van die bouwwerken.

Voor elk constructiedeel moet het (belasting)schema / model worden opgezet. Het bepalen van de krachtsverdeling, spanningen en vervorming gebeurt “met de hand” en met daarvoor geschikte rekensoftware (MatrixFrame,2D–raamwerk). De handmatig berekende waarden worden vergeleken met die uit de computerberekening om eventueel gemaakte fouten te kunnen achterhalen en beoordelen.

Naast de rekenkundige onderbouwing dienen de beschouwde onderdelen, in hun samenhang, te worden gevisualiseerd.

Loop- en fietsbrug (www.jaapdevriesprodukties.nl)

Schematisering loop- en fietsbrug als ligger

Wiskunde

Professionele ontwikkeling
Professionele ontwikkeling

Bij deze leerlijn gaan we aan de slag met de hogeschool brede algemene competenties. Daarnaast ga je veel leren over wie jij bent en hoe jij handelt. Dit gaat bijdragen aan de ontwikkeling van jouw beroepsidentiteit. De cursus bestaat uit 4 onderdelen (Modelleren, Workshops, Taal en Studieloopbaancoaching) die hieronder kort worden toegelicht:
- Modelleren: bij het modelleren ga je leren om wat je op papier ontworpen hebt in een (3D) computer model weer te geven. In onderwijsperiode 1 zal je leren om te gaan met het programma Revit. Waarna je in onderwijsperiode 2 kennis maakt met het programma Civil 3D. Bij het modelleer onderwijs zal in onderwijsperiode 3 worden gewerkt aan de Infraworks vaardigheden. Met name het in laden van diverse ondergronden en het maken van verschillende kaarten. Daarvoor is natuurlijk een goede beheersing van alle functies van het programma noodzakelijk dus daar wordt ook de nodige aandacht besteed. Gedurende onderwijsperiode 4 zal de focus vooral liggen op het Building Information Model (BIM). Hier gaan jullie leren om modellen te controleren op clashes, en om de
  planning aan het model te koppelen. Hierdoor krijg je een zogenaamd 4d model.
- Workshops: hierin worden vaardigheden aangeleerd die je gaan helpen bij je studie en je carrière na de studie. De workshop worden ‘Just in time’ gegeven zodat je de opgedane kennis gelijk kan toepassen bij de lessen en opdrachten van het themablok.
- Engels (onderwijsperiode 3 en 4): een effectieve beheersing van de Engelse taal maakt deel uit van de sociale en communicatieve vaardigheden van de civiel ingenieur. De cursus richt zich op het verbeteren van basis grammaticale vaardigheden die essentieel zijn om op hbo-niveau in het Engels, zowel mondeling als schriftelijk, effectief te kunnen communiceren. Het nagestreefde eindniveau is het B2 niveau van het Europese Referentiekader voor Talen.
Studieloopbaancoaching
HR Keuzeonderwijs of bijspijkervakken
Studieloopbaancoaching

Onderwijsperiode 4

Toegepaste Mechanica

Toegepaste Mechanica

De inhoud van de cursus toegepaste mechanica sluit aan op de mechanica uit de natuurkunde van het voortgezet onderwijs. Aan de hand van een drietal civiele bouwwerken (brug, loods en waterkerende schuif) wordt geoefend in het berekenen van de krachtsverdeling en de, als gevolg daarvan, optredende spanningen en vervorming in diverse onderdelen van de draagstructuur van die bouwwerken.

Voor elk constructiedeel moet het (belasting)schema / model worden opgezet. Het bepalen van de krachtsverdeling, spanningen en vervorming gebeurt “met de hand” en met daarvoor geschikte rekensoftware (MatrixFrame,2D–raamwerk). De handmatig berekende waarden worden vergeleken met die uit de computerberekening om eventueel gemaakte fouten te kunnen achterhalen en beoordelen.

Naast de rekenkundige onderbouwing dienen de beschouwde onderdelen, in hun samenhang, te worden gevisualiseerd.

Loop- en fietsbrug (www.jaapdevriesprodukties.nl)

Schematisering loop- en fietsbrug als ligger
Ondergronds Bouwen

Ondergronds Bouwen

In deze module leer je een technisch ontwerp en een bouwfasering van een bouwkuip te maken in binnenstedelijk gebied (gemeente Rotterdam) ten behoeve van de bouw van een recreatiesluis.

De Randstad van Nederland is een van de dichtstbevolkte gebieden van de wereld. Dit betekent dat er veel druk is op de inrichting van de openbare ruimte en dat grond schaars is. Daarom wordt er steeds meer de nadruk gelegd op meervoudig grondgebruik door in verticale zin niet alleen op maaiveld (begane grond) te bouwen maar ook daarboven en daaronder. Je kunt hierbij denken aan hoogbouw wonen en onder de grond parkeren en/of zalen voor theaters, bioscopen en/of andere uitgaansgelegenheden. Juist het bouwen onder het maaiveld stelt eisen aan de wijze waarop dit gedaan wordt. Dit zijn vaak uitdagingen voor de civiele ingenieur om juist die hulpconstructies, die noodzakelijk zijn om het eindobject te kunnen maken, constructief veilig te berekenen en uit te voeren. Je werkt dan in en/of onder de grond en dat betekent dat je te maken hebt met krachten als gevolg van de verticale en horizontale grondkrachten en de krachten van het water.

Het maken en werken in een bouwkuip in de stad brengt ook mee dat rekening gehouden moet worden met de activiteiten in de stad en de logistiek van de aan- en afvoer van materialen en materieel.

Het meervoudig grondgebruik is een actueel thema binnen de civiele techniek, waardoor er blijvende aandacht moet zijn in het kader van de bouw van civiele en bouwkundige werken.

Figuur 6 Bouwkuip in de stad
Technical English for professionals 1

Technical English for professionals 1

The course Technical English for Civil Engineers 1 creates a basis for successfully dealing with tasks involving the use of English.

In order to extend your technical vocabulary in English we will deal with texts on Civil Engineering topics on which you are expected to prepare a presentation and from which you are expected to distil new vocabulary, working in pairs or groups both in and outside class.
Professionele ontwikkeling
Professionele ontwikkeling

Bij deze leerlijn gaan we aan de slag met de hogeschool brede algemene competenties. Daarnaast ga je veel leren over wie jij bent en hoe jij handelt. Dit gaat bijdragen aan de ontwikkeling van jouw beroepsidentiteit. De cursus bestaat uit 4 onderdelen (Modelleren, Workshops, Taal en Studieloopbaancoaching) die hieronder kort worden toegelicht:
- Modelleren: bij het modelleren ga je leren om wat je op papier ontworpen hebt in een (3D) computer model weer te geven. In onderwijsperiode 1 zal je leren om te gaan met het programma Revit. Waarna je in onderwijsperiode 2 kennis maakt met het programma Civil 3D. Bij het modelleer onderwijs zal in onderwijsperiode 3 worden gewerkt aan de Infraworks vaardigheden. Met name het in laden van diverse ondergronden en het maken van verschillende kaarten. Daarvoor is natuurlijk een goede beheersing van alle functies van het programma noodzakelijk dus daar wordt ook de nodige aandacht besteed. Gedurende onderwijsperiode 4 zal de focus vooral liggen op het Building Information Model (BIM). Hier gaan jullie leren om modellen te controleren op clashes, en om de
  planning aan het model te koppelen. Hierdoor krijg je een zogenaamd 4d model.
- Workshops: hierin worden vaardigheden aangeleerd die je gaan helpen bij je studie en je carrière na de studie. De workshop worden ‘Just in time’ gegeven zodat je de opgedane kennis gelijk kan toepassen bij de lessen en opdrachten van het themablok.
- Engels (onderwijsperiode 3 en 4): een effectieve beheersing van de Engelse taal maakt deel uit van de sociale en communicatieve vaardigheden van de civiel ingenieur. De cursus richt zich op het verbeteren van basis grammaticale vaardigheden die essentieel zijn om op hbo-niveau in het Engels, zowel mondeling als schriftelijk, effectief te kunnen communiceren. Het nagestreefde eindniveau is het B2 niveau van het Europese Referentiekader voor Talen.
- Studieloopbaancoaching

Wiskunde

HR Keuzeonderwijs of bijspijkervakken