Menu English

Project

Projectbeschrijving

Een groep professionals uit zorg en welzijn, Alzheimer Nederland afdeling Rotterdam en onderzoekers van Kenniscentrum Zorginnovatie constateerde dat migrantenouderen met dementie niet goed in beeld zijn bij zorg- en welzijnsinstellingen. Vaak worden zij binnen de familie opgevangen en verzorgd, wat niet altijd goed gaat. Soms komen de ouderen helemaal niet meer buiten en worden ze voor de buitenwereld letterlijk onzichtbaar. Er is veel onwetendheid over dementie, waardoor het veranderende gedrag niet goed wordt begrepen. Ook sluit de zorg niet altijd goed aan bij de behoeften. Hierdoor krijgen de ouderen geen passende zorg. De familie wil het zelf oplossen en raakt overbelast. Hulp wordt pas ingeschakeld wanneer het echt niet meer gaat. 

Doelstellingen van het project zijn:

  1. Vroegtijdige signalering en ondersteuning van migrantenouderen met (signalen van) dementie en mantelzorgers verbeteren door samenwerking tussen formele organisaties en informele netwerken.
  2. Competenties beschrijven van (toekomstig) professionals om migrantenouderen met (signalen van) dementie te vinden en te ondersteunen.
  3. De nieuw opgedane kennis vastleggen in een bruikbare en overdraagbare methode

Aanpak

Het onderzoek speelt zich af in de Rotterdamse wijken Delfshaven en Feijenoord. Hier wonen veel migrantenouderen en vooral ouderen met een Marokkaanse, Turkse, Surinaamse en Kaapverdische achtergrond. Het onderzoek zal zich vooral op deze groepen richten, maar sluit migrantenouderen met een andere achtergrond niet uit. Medewerkers van de deelnemende organisaties komen regelmatig samen in wat we een ‘lerend netwerk’ noemen. Dit netwerk bestaat uit ouderenadviseurs, wijkverpleegkundigen, casemanagers dementie, vrijwilligers, (docent-)onderzoekers en studenten. Zij gaan op een laagdrempelige manier in de wijk op zoek naar migrantenouderen met dementie en hun families. Met ouderen en mantelzorgers worden gesprekken gevoerd over hun leefwereld, wensen en behoeften. Er worden groepsgesprekken gehouden met professionals en sleutelfiguren in de wijk over hun ervaringen met het bereiken en ondersteunen van migrantenouderen met dementie. 

Vervolgens maakt het lerend netwerk in beide wijken een plan van aanpak waarin staat:

  • Hoe migrantenouderen met tekenen van dementie tijdig bereikt kunnen worden;
  • Welke behoeften de families hebben;
  • Hoe het zorg- en welzijnsaanbod kan aansluiten bij die behoeften.

Dit plan wordt voorgelegd aan een klankbordgroep van ervaringsdeskundigen en een groep deskundigen waarin ook mensen van de gemeente en de zorgverzekeraar zitten. Vervolgens wordt het plan zo nodig aangepast. In de tweede helft van het project wordt het plan in de twee wijken uitgevoerd. Migrantenouderen die deelnemen aan het project worden besproken in het ‘lerend netwerk’. Samen wordt nagegaan wat de meest passende ondersteuning is. Dit wordt voorgelegd aan de ouderen en hun mantelzorgers en vervolgens samen met hen uitgevoerd en geëvalueerd. Onderzoekers beschrijven wat maakt dat het goed of minder goed gaat.

Verbinding met het onderwijs

Er worden studenten betrokken vanuit minoren en afstudeerprojecten. Studenten die dezelfde taal spreken als de ouderen worden ingeschakeld bij het afnemen van interviews. Ook zijn er opdrachten voor studenten om uit te zoeken welke voorzieningen er in de wijk zijn en hoe die beter toegankelijk gemaakt kunnen worden voor migrantenouderen met dementie.