Menu
    English

    Ondersteuningsbehoeften oudere migrant met (signalen van) dementie

    • Behoeften in beginfase dementie:
      • Duidelijkheid over diagnose dementie
      • Alleen naar buiten kunnen
      • Respect en behoud autonomie
      • Contacten en gezelschap
      • Bezigheden, daginvulling
      • Begeleiding dagelijkse zelfzorg
      • Aansluiten bij persoonlijke behoeften en achtergronden en wat iemand nog kan
    • Toenemende behoefte in gevorderde fase dementie:
      • Begeleiding bij onrust en verzet
      • Ondersteuning bij wegvallen lichamelijke en cognitieve functies
      • Overnemen dagelijkse zelfzorg
      • Veiligheid en toezicht
      • Aansluiten bij persoonlijke behoeften en achtergronden en wat iemand nog kan
    • Primaire behoeften zijn voor alle mensen met dementie vergelijkbaar

    Bij mensen met dementie of geheugenproblemen is het vaak niet eenvoudig om ondersteuningsbehoeften vast te stellen. Iemand met dementie kan vaak niet meer goed verwoorden wat zij/hij nodig heeft voor een goed leven of welke wensen er zijn. Vaak zijn mantelzorgers klankbuis voor het vaststellen van die behoeften. Ook in het onderzoek van het project ‘Oudere migranten met vergeetachtigheid of dementie in Rotterdam' zijn de behoeften van de oudere met dementie weergegeven vanuit het perspectief van mantelzorgers. Veel behoeften zijn al direct of indirect naar voren gekomen. De behoeften zijn afhankelijk van de persoon met dementie en kunnen per persoon verschillend zijn. Ook hangen de behoeften vaak af van de fase van dementie. Bij de beginfase van dementie, als iemand met dementie nog zelfredzaam is en autonomie heeft, spelen bepaalde ondersteunende behoeften meer de boventoon dan in een latere fase van dementie. Door het verlies van lichamelijke en cognitieve functies is er volledige zorgafhankelijkheid.

    Behoeften in de beginfase van dementie:

    • Een tijdige diagnose dementie en behandelmogelijkheden om het proces te vertragen.
    • Alleen naar buiten gaan, routine willen voortzetten zoals in de buurt op pad kunnen en naar de markt, moskee. Maar vaak komt de oudere moeilijkheden tegen zoals verdwalen, problemen in de omgang met buurtbewoners of in de nacht naar buiten willen gaan.
    • Respect en autonomie: de oudere kan snel boos worden bij confrontatie met vergissingen en vergeetachtigheidof met onbegrip/dwingende reactie van de ander.
    • Begeleiding bij de zelfzorg zoals passende kleding en schoeisel, de juiste boodschappen in huis, een warme maaltijd, op tijd innemen medicijnen.
    • Contacten hebben, gezelschap, maar problemen krijgen met herkennen van personen en minder contacten door mobiliteitsproblemen.
    • Daginvulling en bezigheden die aansluiten bij wat de oudere graag doet of gewend is of in het verleden aan werk heeft gedaan of in de vrije tijd.
    • Ondersteuning die aansluit bij persoonlijke behoeften, wensen, migratieachtergronden (cultuur, taal, religie) en wat iemand nog kan in de begin- en middenfase van dementie.

    Toenemende behoeften in de fase van gevorderde dementie:

    • Begeleiding bij onrust en verzet. Bijvoorbeeld verzet bij persoonlijke verzorging (zoals incontinentie): onrust door lichamelijke sensaties die de oudere niet kan aangeven, nachtelijke onrust (verstoord dag- en nachtritme).
    • Ondersteuning bij bijkomende lichamelijk en cognitieve problemen door verlies van functies (zoals mobiliteit, kauw- en slikfunctie, spraakvermogen en begrijpen).
    • Overnemen van dagelijkse zelfzorg.
    • Veilige omgevingen toezicht in- en buiten huis.
    • Zorg die aansluit bij persoonlijke behoeften, wensen en achtergronden.

    Ondersteuningsbehoeften van oudere migranten met (signalen van) dementie zijn divers en niet wezenlijk anders dan die van ouderen zonder migratieachtergrond. Alle mensen met dementie hebben primaire behoeften als geborgenheid, (zelf)bevestiging, een zinvolle dag, sociale contacten, veiligheid, liefdevolle aandacht, respectvolle bejegening met waardering van autonomie en ondersteuning bij of overnemen van de dagelijkse zelfzorg. De invulling van deze behoeften is persoonsafhankelijk en daarbij kan het land van herkomst, taal, cultuur of religie een belangrijke rol spelen. Cultuursensitieve of cultuurspecifieke ondersteuning is vooral belangrijk in de begin- en middenfase van de dementie, bleek uit gesprekken met mantelzorgers, wanneer de oudere nog relatieve zelfstandigheid heeft .

    Praktijkvoorbeelden uit het Rotterdamse project ‘Oudere migranten met dementie of geheugenproblemen en hun familie’

    Dat is dan volgens mij de middelfase dat hij naar buiten wilde maar dat niet meer alleen kon, iemand moest met hem mee. Hij had begeleiding nodig. Want hij wist de weg niet meer. En toen was de douche volgens mij nog wel, maar hij had daar wel hulp bij nodig. Hij wist niet meer wat shampoo was enz. Dat heeft mij moeder toen gedaan.’   
    Mantelzorger (v) van oudere met Kaapverdische migratieachtergrond

    ‘Ik had hem ergens anders aangemeld daar was een aparte afdeling voor Turken en aparte afdeling voor Marokkanen. Dus ik vond het wel beter, dat hij daarbij kon passen. Hij zou zich beter kunnen voelen met de mensen uit dezelfde cultuur en dezelfde taal natuurlijk.
    Mantelzorger (m) van oudere met Turkse migratieachtergrond​

    ‘In het beginstadium van de dementie is dat heel belangrijk, dezelfde cultuur, zorgverleners die de taal spreken, dat hij het eten krijgt dat hij kent, zodat hij zich thuis voelt. Dit maakt dat het fijn is dat je terecht kan bij een islamitische, Marokkaanse organisatie. Daar is hij vier jaar geweest op de dagbesteding. Maar mijn vader is nu vergevorderd, dan maakt het niet meer uit of iets cultureel bepaald is. Het boeit hem helemaal niet of hij couscous eet als hij maar gewoon een warme maaltijd krijgt en goeie zorg, ja het gaat dan echt om basiszorg.’
    Mantelzorger (v) van oudere met Marokkaanse migratieachtergrond

    Inloggen