“Toen we bij CMGT eenmaal doorkregen hoe talig ons curriculum eigenlijk is, raakte een steeds groter deel van het team betrokken.”
Het proces
in stappen naar een taalbewuster curriculumEen eerste experiment
In 2023-2024 namen vakdocenten Noa van der Horst en Dieuwertje Schuur deel aan een experiment bij de WERKplaats Taal, met als thema ‘vormvrije reflectie’. Het experiment resulteerde in beter inzicht in wat goed reflecteren nu eigenlijk inhoudt, hoe je dit studenten spelenderwijs kunt leren en hoe je reflectievaardigheid eerlijk kunt beoordelen. Daarbij bleek dat reflecteren een heel talige vaardigheid is. Hierdoor groeide Noa’s enthousiasme om haar analyse van reflectievaardigheid uit te breiden naar andere taalvaardigheden. Ook kreeg ze de vraag vanuit onderwijsmanager Emiel Bakker om de rol van taal in het CMGT-curriculum wat grondiger te onderzoeken. Vanuit het team leek er behoefte te zijn aan meer kennis en didactische handvatten om taal te integreren in de vakken, en om te werken aan talige beroepsleerdoelen.
Curriculum onder de loep
Een eerste belangrijke stap was het gehele curriculum achterwaarts te onderzoeken op taal. Hierin werd ze begeleid door taalonderwijsadviseur Marina Admiraal. Noa startte met het in kaart brengen van alle eindcompetenties CMGT, om van daaruit alle benodigde talige vaardigheden te destilleren. Haar vraag was als het ware: “Waar in ons curriculum vragen we (zichtbaar of verborgen) taalvaardigheid in onze beroepscompetenties?” Die eindcompetenties vergeleek ze met het ‘taalkader’ voor het hoger onderwijs van de Nederlandse Taalunie: Taalcompetent in het hoger onderwijs. Dat kader beschrijft welke talige vaardigheden studenten in het hoger onderwijs nodig hebben én maakt duidelijk wat je wel en niet van hen zou mogen verwachten ‘bij binnenkomst’.
Vanuit de eindcompetenties maakte Noa i.s.m. Marina een logische vertaalslag naar jaar 3, 2 en 1, wat resulteerde in een raamwerk jaar 1 t/m 4 voor de taalvaardigheden lezen, schrijven (zie bijgevoegd voorbeeld), luister- en noteervaardigheid, spreek- en gespreksvaardigheid en dus voor reflectievaardigheid. In feite ontstond zo een reeks doordachte taalleerdoelen, met aandacht voor de opbouw in complexiteit en zelfstandigheid bij de uitvoering van (taal)taken. In samenwerking met haar collega's stelde Noa vervolgens een lijst samen van (mogelijke) beroepsproducten per taalvaardigheidsdomein. Zo werd bij spreek- en gespreksvaardigheid gedacht aan presenteren en pitchen maar ook het koffieautomaatgesprek, stand-ups en wrap-ups. Ook hield ze rekening met belangrijke ‘toets’momenten, zoals de stage: wat moeten studenten kunnen voordat ze op stage gaan?
Taalkader jaar 1 t/m 4 voor schrijfvaardigheid
Een volgende stap was breed draagvlak te creëren voor het raamwerk: eerst besprak Noa het met een collega-vakdocent, kort daarop vroeg ze input aan haar hele team. Tijdens die teamsessie werd duidelijk dat veel collega’s de taalontwikkeling van studenten in eerste instantie niet direct als een collectieve verantwoordelijkheid beschouwden. Toen zij eenmaal met het Taalkader aan de slag gingen, zagen ook vakdocenten echter al snel de relatie met de beroepscontext, hun eigen vakdoelen, en daarmee een gezamenlijke verantwoordelijkheid, scherper. Dat proces van bewustwording vond Noa mooi om te zien.
In twee sessies bepaalde het team opnieuw alle beroepsproducten: welk product is het meest geschikt om taaldoel x te toetsen? En: hoe evalueren we en geven we feedback op deze producten en het maakproces? Zo werden ook diverse leeractiviteiten uitgedacht, in kleine groepen van taal- en vakdocenten.
Onderwijs herontwerpen
In collegejaar 2024-2025 zette CMGT de taalkaders in bij de modules Ontwerpen 2 en 3 en Stage. In al deze vakken is goed schrijven essentieel. Bij Ontwerpen 2 moet een interactieontwerp geschreven worden, dat duidelijk moet zijn voor een opdrachtgever. Bij Ontwerpen 3 moeten studenten ontwerpeisen onderzoeken en hun ontwerpkeuzes onderbouwen in een onderzoeksverslag. En in de stage dienen al deze competenties integraal aangetoond te worden. Goede feedback op de taal is dan belangrijk voor studenten.
Voorheen gebruikte CMGT een taalfeedbackformulier, dat door zowel docenten als studenten als te complex werd beschouwd. Vanuit het taalkader ontwikkelde Noa voor Ontwerpen 2 een concreet leerdoel taalvaardigheid met bijpassende rubric. Dit leerdoel draait om het opleveren van een professioneel verslag, passend bij het doel. Hierbij werd bijvoorbeeld gekeken naar structuur, gebruik van vaktaal en duidelijkheid. Voor Ontwerpen 3 ontwierp ze een talige checklist met controlevragen, die studenten konden inzetten bij de peer review van elkaars werk.
In het stageverslag moeten studenten bewijzen dat ze zich ontwikkeld hebben op de beroepscompetenties en hierop reflecteren. Veel studenten vinden het moeilijk om hier een samenhangend verslag van te maken. Charlotte Verloop-Brandhorst, docent Nederlands bij CMGT, ontwikkelde een checklist voor het stageverslag: een lijst met controlevragen over tekstopbouw, inhoudelijke relevantie, doelgroepgerichtheid en woordkeuze/stijl. Deze checklist heeft een studenten- en docenten versie. Studenten houden de checklist ernaast tijdens het schrijven en docenten gebruiken hem voor in het gesprek met studenten.
Daarnaast zijn didactische werkvormen voor taalontwikkelend lesgeven ingezet, om ‘genrebewustzijn’ te bevorderen (inzicht in de typerende kenmerken van een tekst- of ander productgenre), meer interactie en vaktaalgebruik uit te lokken, en studenten meer context en taalsteun te bieden.
Expertise-uitbreiding
Noa wilde graag onderzoek doen naar de opbrengsten van de implementatie van het taalkader. Daarom sloot zij zich in januari 2025 aan bij de Expertisekring Taalbewust Hoger Onderwijs van taallector Jacqueline van Kruiningen. Als lid van die kring krijgt ze ook de kans om met docenten van andere HR-instituten en taalonderzoekers inzichten en ervaringen uit te wisselen, en zo mee te werken aan gezamenlijke expertiseontwikkeling op dit thema.
Bij het onderzoek wordt geëvalueerd in hoeverre de implementatie van de taalkaders bijdraagt aan meer aandacht voor taalontwikkeling in de herontworpen modules. Hierbij wordt onder meer gebruikgemaakt van think-aloud protocols (hardopdenken) tijdens formatieve peer reviews bij eerstejaars studenten. Ook worden studenten in studentarena's bevraagd over de opbrengst van talige interventies.
Effect
wat leverde het op?1. Vaktaalbewustzijn en collectieve verantwoordelijkheid
Het team heeft een groei doorgemaakt in het creëren van een breed draagvlak voor Taalbewust Hoger Onderwijs. Gedurende het proces werden docenten CMGT zich steeds meer bewust dat de taalontwikkeling van studenten de verantwoordelijkheid is van alle docenten; aanvankelijk was dit niet zo. Het gezamenlijk analyseren van de beroepscompetenties was daarbij een omslagpunt en een belangrijke aanjager van zowel het ontstaan van inzicht in de rol van taal en in het beroep en vaktaalbewustzijn bij docenten, als de bewustwording van de rol die zij dus als vakdocenten ook (kunnen) spelen bij de ontwikkeling van die beroepstaalvaardigheid bij studenten.
Ook zagen docenten in dat taalondersteuning nodig is in alle leerjaren en dat die zeker nog niet altijd geboden wordt.
2. Taalgericht vakonderwijs
In het gehele curriculum, van jaar 1 t/m 4, zijn de talige beroepscompetenties die studenten geacht worden te beheersen op bepaalde momenten nu expliciet geformuleerd voor de vaardigheidsdomeinen schrijven, lezen, spreken, gesprekken voeren, noteren en luisteren en reflecteren. Dat levert directe taaldoelen op, waarop docenten zich in lessen en cursussen kunnen richten. Het expliciteren van talige leerdoelen is van belang om in lessen gerichte leeractiviteiten en ondersteuning (‘taalsteun’) in te kunnen bouwen, en ook bij het geven van feedback en de toetsing aandacht te kunnen geven aan taal. Daarom is het stellen van taaldoelen een essentiële component van ‘taalgericht vakonderwijs’, de didactiek die past bij geïntegreerd taal- en vakonderwijs, of bij taalbewust onderwijs in het algemeen.
Daarnaast is dus geëxperimenteerd met werkvormen voor taalgericht vakonderwijs en genredidactiek en zijn m.b.v. het taalkader nieuwe evaluatieformulieren ontwikkeld.
3. Kennisdeling en professionalisering
Het team organiseert op donderdagochtenden sessies waar docenten zelf onderwerpen voor aandragen. Taal is een van de onderwerpen die hier besproken worden, en de sessies zijn onder meer gebruikt om gezamenlijk de taalkaders vorm te geven en activiteiten te plannen. Ook worden in deze sessies resultaten van uitgevoerde experimenten teruggekoppeld, en nieuwe inzichten besproken.
Daarnaast neemt de opleiding CMGT vanaf oktober 2025 deel aan een PLG (professionele leergemeenschap) rond de ontwikkeling van ‘genrebewustzijn’ en disciplinespecifieke kennis over het schrijven van teksten bij docenten in het hoger onderwijs. Deze PLG is gerelateerd aan een promotieonderzoek naar dit thema dat aan de HR wordt verricht, zie: Promotieonderzoek naar genrebewustzijn en genredidactiek: studenten leren schrijven als sociale actie. Vanuit die PLG wordt binnen het team van CMGT-docenten nieuwe kennis en expertise over genredidactiek in relatie tot hbo-schrijfvaardigheid opgebouwd.
Verder wordt kennis en expertise over de CMGT-vertaling van het Taaluniekader naar opleidingsspecifieke raamwerken gedeeld met anderen binnen en buiten de HR. Hiertoe verzorg(d)en Noa en Marina bijvoorbeeld presentaties op conferenties en studiedagen, zoals de jaarlijkse Taaluniedag, de Onderwijsparade of Hard/t voor Taal. Ook neemt Noa deel aan studie- en themabijeenkomsten vanuit de Expertisekring Taalbewust Hoger Onderwijs.
4. Taalbewuste studenten
Experimenteren met taalgerichte didactische werkvormen was tevens een manier om het taalbewustzijn van studenten te vergroten. Ook de studentevaluaties, in de vorm van peer reviews en studentarena’s, waren er nadrukkelijk op gericht studenten meer te betrekken bij de rol van taal in studie en beroep. Zo mochten studenten hun mening geven over de taak- en gebruikerswaarde van de nieuwe checklist.
Studenten brainstormen tijdens een workshop over het schrijfproces
Kritische succesfactoren
wat is er nodig?Terugkijkend op het proces tot nu toe delen Noa en Marina een aantal interessante inzichten en elementen die een sleutelrol hebben gespeeld bij het bereiken van de mooie resultaten.
1. Vraag collega’s om input, maar doe niet alles samen
Alle docenten zijn verantwoordelijk voor de taalontwikkeling van studenten. Betekent dit dat je alles samen moet doen? Nee. Als je verantwoordelijkheden duidelijk en op persoonsniveau vastlegt, is dat veel effectiever. Een docent (of een kleine groep docenten) met de juiste motivatie, doelen en beschikbare tijd kan snel expertise opbouwen. Natuurlijk is het raadzaam om collega’s om input te vragen. Maar zet ook vooral de juiste personen op de juiste plek.
2. Focus op beroepsproducten
Veel docenten klagen over de slechte spelling en grammatica van hun studenten. Allerlei dieperliggende talige problemen blijven hierdoor onderbelicht. Welke talige vaardigheden zijn nu echt belangrijk om succesvol te zijn in je beroep en de studie? Wat moet je met taal kunnen in die verschillende contexten? Die functionele taalvaardigheid, die is belangrijk. Dus focus op beroepsproducten en de kwaliteitseisen hieraan.
3. Start niet op les- maar op curriculumniveau
Een losse workshop of training waarin je experimenteert met een talige werkvorm. Het kan werken, maar CMGT gelooft meer in de benadering vanuit een sterk talig curriculum. ‘Je creëert juist urgentie en behoefte aan taalgericht lesgeven door eerst samen kritisch te kijken naar taalleerdoelen door alle leerjaren heen’, aldus Noa.
De opleiding maakte de koppeling van taal met de studie, het beroep en beroepsleerdoelen: op curriculumniveau en in het toetsprogramma, en van daaruit ook op het essentiële didactisch niveau. Daarmee zet ze een eerste stap in taal als onderdeel van integrale curriculumherontwikkeling.
4. Onderzoek!
Als vervolgstap neemt de opleiding CMGT deel aan promotieonderzoek over de ontwikkeling van genrekennis en discipline specifieke genrekennis van docenten in het hoger beroepsonderwijs. Een deel van het docententeam vormt een professionele leergemeenschap die zich verder verdiept in ‘het kenmerkende taalgebruik binnen het beroepsdomein’. Bovendien wordt inzichtelijker gemaakt hoe deze kennis tot stand komt en wat ze voor het onderwijs oplevert.
Aan de slag
Hoe kunnen docenten deze good practice gebruiken voor hun eigen onderwijs?1. Wil je net als CMGT een je curriculum taal(v)aardiger maken? Maak dan werk van:
- het vertalen van taalleerlijnen naar jullie curriculum. Neem hierbij jullie eigen eindcompetenties als uitgangspunt en verzamel relevante (talige) producten binnen jullie opleidingsgebied.
- het aanvullen van bestaande taalleerlijnen met nieuwe raamwerken. Denk ook aan lijnen/raamwerken voor literatuuronderzoek doen, logisch redeneren etc.
- met behulp van de taallijnen bepalen hoe je talige competenties/beroeps-taken en -producten beoordeelt of evalueert.
2. Taal- en vakintegratie op cursus- en lesniveau: zet taalgerichte werkvormen in en hanteer de didactische uitgangspunten van ‘taalgericht vakonderwijs’ of ‘taalbewust beroepsonderwijs’. Je kunt als docent of cursusbeheerder bijvoorbeeld (delen van) lessen herontwerpen met inzet van werkvormen die taalproductie uitlokken en tools voor taalsteun, zoals schrijfkaders, feedbackformulieren, vaktaalspellen, een woordportfolio etc.
Ben je op zoek naar concrete tools, wil je een compleet pakket aan taalontwikkelende materialen met docentinstructie, of wil je graag meer voorbeelden zien van taalleerlijnen? Dan kun je terecht bij de taalonderwijsadviseurs van Taal & Toelating. Zij kunnen ook met je in gesprek over mogelijkheden voor docentprofessionalisering in taalbewust onderwijs.
Meer over de Bacheloropleiding Creative Media and Games Technologies
Bij CMGT draait alles om learning by doing in een relaxte, informele sfeer. Hier krijg je alle ruimte om te experimenteren, te falen, weer op te staan en door te groeien tot een topper in Creative Software & Application Development. Want dat is waar het om draait: jouw ontwikkeling als digital creative van de toekomst!