Menu English

Jaarverslagen 2020-2021: professionaliseringsslag examencommissies

21 maart 2023

Examencommissies hebben kwaliteitsverbeteringen doorgevoerd die bijdragen aan hun verdere professionalisering. Ze zijn bijvoorbeeld beter in staat om uitspraken over de kwaliteit van de opleidingen in hun jaarverslagen concreet te maken. Verbetering bekwaamheid examinatoren verdient nader aandacht.

Hogeschool Rotterdam publiceert jaarlijks, als een van de weinige onderwijsinstellingen, de jaarverslagen van de examencommissies. Via hun jaarverslag leggen examencommissies verantwoording af aan het College van Bestuur over de kwaliteitsborging van onze opleidingen. Met de publicatie hiervan geven wij als hogeschool inzicht in onze kwaliteitszorg, omdat transparantie essentieel onderdeel is van onze kwaliteitscultuur.

Ieder jaar analyseert een onderzoeksteam alle jaarverslagen op zichtbare trends en ontwikkelingen, met als doel te monitoren wat al goed gaat en op welke onderdelen meer verbetering nodig is, zodat zowel de examencommissies als de opleidingen hiervan kunnen leren.

Zichtbare professionalisering examencommissies

Over het algemeen blijkt dat examencommissies goed aan de slag zijn gegaan met aanbevelingen uit onderzoek naar voorgaande jaarverslagen. De voorzitters hebben zich verenigd in het Platform Voorzitters Examencommissies (PVE) dat een formele status binnen de hogeschool gekregen heeft. Dit alles draagt bij aan een merkbare professionalisering van de examencommissies. Daarbij blijft het van essentieel belang dat onderlinge kennisdeling blijft plaatsvinden over gehanteerde werkwijzen, de inzet van borgingsactiviteiten, veelvoorkomende dilemma’s, deskundigheid en mandaten. Ook blijft het gesprek nodig over duidelijk onderscheid tussen taken die gericht zijn op zorgen dat de onderwijskwaliteit op orde is en taken die gericht zijn op het borgen van die kwaliteit.

Zorg voor de onderwijskwaliteit versus borging van die kwaliteit

Kwaliteitsborging van het onderwijs gebeurt in de hele organisatie en is een gedeelde taak, namelijk tussen de opleiding en examencommissies. De opleiding is verantwoordelijk voor het zorgen voor de kwaliteit van het onderwijsprogramma en toetsing en de examencommissie is verantwoordelijk voor het borgen van die kwaliteit. Het is van belang dat er nauwe samenwerking is met het onderwijsmanagement en diverse relevante commissies die betrokken zijn bij de kwaliteit van het opleidingsprogramma, zoals de examencommissie, toetscommissie, curriculumcommissie en opleidingscommissie. Transparantie van de samenwerking is van belang en moet daarom duidelijk in de jaarverslagen worden opgenomen.

Samenwerking met opleidingen verbeterd

Examencommissies zijn beter in staat om uitspraken over de kwaliteit van de opleidingen in hun jaarverslagen concreet te maken. Ook ten aanzien van de verantwoording van de PDCA-cyclus (plannings- en werkproces) is een verbetering merkbaar. De samenwerking tussen de examencommissies en het opleidingsmanagement is dit jaar ook beter vastgelegd, het is bijvoorbeeld duidelijker wat de vervolgstappen zijn van besprekingen en de gemaakte afspraken. In de jaarverslagen kan nog iets concreter worden uitgelegd welke activiteiten op welke manier hebben bijgedragen aan de  verantwoording van de leerresultaten die met een toets of examen beoogd worden.

Structureel investeren in bekwaamheid examinatoren

Professionalisering van de examinatoren is de afgelopen jaren een aandachtspunt en er zijn op dat gebied door opleidingen al stappen gezet, maar het is nodig dat hiervoor continu aandacht blijft. De examinator heeft een zelfstandige positie en kan binnen bepaalde kaders zelf toezien op de kwaliteit van de toetsing. Het verschilt dan ook per instituut of er richtlijnen en aanwijzingen worden gegeven aan examinatoren. Het is van belang dat examinatoren de nodige certificering (Basis Kwaliteit Examinering en Senior Kwaliteit Examinering) behalen. Zij worden hierin soms belemmerd door zaken zoals werklast, tijdsbelasting, capaciteit, instapmomenten e.d.. Op dit punt is meer centrale sturing en zorgvuldige afstemming met de voorzitters van de examencommissies nodig, om een toekomstbestendige professionalisering en bekwaamheid van de examinatoren te borgen.  

Meer ingezet op preventie bij online toetsing

Tijdens de periode van onderwijs en toetsing op afstand is binnen de hogeschool gewerkt met een gecalculeerde risico op fraude bij online toetsing. De oplettendheid van de examencommissies ten aanzien van de gecalculeerde frauderisico’s heeft bijgedragen aan een zo soepel mogelijk verloop van de situatie tijdens de coronaperiode. Het is van belang dat examencommissies alternatieve toetsvormen en onregelmatigheden die zich daarbij voordoen blijven evalueren. Ook is het noodzakelijk om voor de aanpak van onregelmatigheden een goede afweging te maken voor zowel preventieve als passende maatregelen. Ter bevordering hiervan zal door de examencommissies een gezamenlijke richtlijn voor fraude en de bijbehorende sancties worden opgesteld.

Algemene conclusie

Ondanks dat er ook verbeterpunten zijn, is de algemene conclusie van de onderzoekscommissie dat geconstateerd kan worden dat uit de jaarverslagen blijkt dat de examencommissies de kwaliteit kunnen borgen. Zij laten daarmee zien dat zij de diploma’s kunnen uitreiken, omdat zij overtuigd zijn dat de kwaliteit ervan geborgd is. “Natuurlijk is er altijd ruimte voor verbetering, maar we zien dat de basiskwaliteit geborgd is. De examencommissies laten zien dat de kwaliteit niet alleen op microniveau geborgd is. Door de optelsom van alle (in- en externe) activiteiten gericht op kwaliteitszorg en kwaliteitsborging, zijn zij ervan overtuigd dat het examen als een ‘geheel waar alles samenkomt’ een logisch en samenhangend programma is. En dat samen leidt tot het betreffende getuigschrift”, aldus Julia Noordergraaf namens de onderzoekscommissie.  

Reactie College van Bestuur

Het CvB concludeert tot haar genoegen uit de jaarverslagen en het onderzoeksrapport dat er een professionaliseringsslag is gemaakt bij de examencommissies. Dat is belangrijk, omdat zij essentieel onderdeel zijn van ons hele kwaliteitszorgsysteem. Collegevoorzitter Ron Bormans: “We constateren dat in 2020-2021 de nadruk heeft gelegen op de verzelfstandiging van de examencommissies. Nu zij een duidelijk autonome positie verworven hebben, is het van belang om van daaruit de relatie met het opleidingsmanagement verder te verstevigen.” Er is zichtbaar opvolging gegeven aan de aanbevelingen uit eerdere onderzoeksrapporten en daarmee is een cultuur van aandacht voor kwaliteit ontstaan. Dit biedt de ruimte om een stap verder te gaan, waarbij ook ambities voor de toekomst geformuleerd worden. “We vragen de examencommissies daarom expliciet om in het volgende jaarverslag niet alleen terug te kijken, maar om ook opgaves voor de komende jaren te formuleren. En om met de direct betrokkenen zoals het opleidingsmanagement en docenten te bespreken wat er nodig is om deze ambities waar te kunnen maken.” 

“We delen nadrukkelijk de zorg om de achterblijvende kwalificaties van de examinatoren en vinden het noodzakelijk dat hier snel verandering in komt. Om die reden is met elke individuele instituutsdirecteur de afspraak gemaakt opdat op uiterlijk 1 september de kwalificaties op het vereiste niveau zijn. Hiertoe hebben directeuren inmiddels een plan van aanpak opgesteld in samenspraak met examencommissies en zullen zij hierover op weg naar september rapporteren."

Het CvB vertrouwt erop dat met het voortgaan op bovenstaande ingezette weg de examencommissies hun taken op kwalitatief goede wijze zullen blijven uitvoeren.