Hogescholen zijn groter dan universiteiten maar krijgen relatief weinig aandacht in het onderwijsdebat. Er wordt ondertussen flink geëxperimenteerd aan hogescholen met nieuwe typen van onderwijs om vakoverstijgende competenties als burgerschap en kritisch denken te trainen. Een ander experiment is dat hogescholen zichzelf steeds vaker als universiteiten zien. Dit roept allerlei vragen op: wat is nu eigenlijk de taakstelling van hogescholen? Wat zou hun relatie tot het beroepenveld moeten zijn? Wat is nu precies het verschil tussen mbo, hbo en wo? En welke kennisvorm is nou typerend voor het hoger beroepsonderwijs?