Deze keer: lector Maaike Harbers (AI & Society). In haar onderzoek ontwikkelt zij methodes, tools en inzichten die ontwerpers en organisaties helpen om AI op een verantwoorde wijze te ontwerpen en in te zetten. Ook houdt zij zich bezig met de vraag hoe verhalen en beelden over AI bepalen hoe we ermee omgaan, en wie mag meebeslissen over hoe AI-toepassingen worden ontwikkeld en gebruikt.
- Wat was jouw persoonlijke drijfveer om met dit onderwerp aan de slag te gaan?
Na mijn middelbare school ben ik in de jaren 00 kunstmatige intelligentie (AI) en filosofie gaan studeren. In die tijd hadden veel mensen nog nooit van AI gehoord en moest ik vaak uitleggen wat het was. De reden dat ik voor AI heb gekozen is dat ik heel veel verschillende onderwerpen interessant vond. Ik zocht naar een studie met zowel bètavakken als meer mensgerichte onderwerpen. Na lang zoeken kwam ik bij AI: een combinatie van informatica, natuurkunde, logica, psychologie en taalwetenschappen.
Na mijn studies heb ik op verschillende plekken gewerkt, maar altijd als onderzoeker in de AI. In het begin van mijn loopbaan speelde AI-ontwikkeling zich vooral af aan universiteiten en kennisinstellingen, maar in de loop van tijd kwamen er steeds meer AI-toepassingen in de echte wereld. Als snel bleek dat dat niet zonder gevolgen was en dat de ethische gevolgen van AI-toepassingen groot konden zijn. Ik vond dat belangrijk, zorgelijk en interessant tegelijk. Zo’n 12 jaar geleden ben ik me daarom gaan richten op AI en ethiek (waarbij mijn studie filosofie goed van pas kwam). Sinds die tijd is de relevantie van AI en wat dat betekent voor de maatschappij alleen nog maar groter geworden. Voorlopig is er dus werk genoeg te doen op dit gebied en met nauwe verbindingen naar wetenschap, onderwijs en praktijk vind ik Creating 010 een hele mooie plek om daaraan bij te dragen.
“Waar de toepassing van AI in eerste instantie vaak wordt ingezet met het streven naar meer efficiëntie, wordt steeds duidelijker dat er ook dingen verloren gaan als we mensen simpelweg vervangen door AI-systemen.”
- Kun je in eigen woorden vertellen waar jouw lectoraat zich op richt?
Mijn lectoraat AI & Society richt zich op de ethische en maatschappelijke aspecten van kunstmatige intelligentie. Het onderzoek bestaat uit twee lijnen. De eerste onderzoekslijn richt zich op de vroeg hoe je AI-toepassingen op verantwoorde wijze ontwerpt, ontwikkelt en inzet. In het project Duidelijke TAAL onderzoeken we momenteel bijvoorbeeld hoe en onder welke voorwaarden gemeenten grote taalmodellen (LLMs) kunnen inzetten om hun communicatie richting burgers te vereenvoudigen en beter aan te laten sluiten op de doelgroep. In deze lijn ontwikkel ik samen met andere (docent-)onderzoekers praktische handvatten voor het ontwerp en de inzet van verantwoorde AI, zoals richtlijnen, ethische tools, workshop formats voor co-creatie of prototypes van (interactie met) AI-toepassingen.
De tweede onderzoekslijn gaat over het bevragen van wat AI überhaupt betekent en hoe het gepraktiseert wordt. Er zijn verschillende verhalen (narratieven) over AI in omloop, van "AI maakt ons leven makkelijker” tot “AI bedreigt onze menselijkheid”. Samen met (docent-) onderzoekers bestudeer ik welke narratieven en metaforen er over AI zijn en wat dat betekent voor ons denken en gedrag ten opzichte van AI. Ook gaat deze lijn over de vraag wie er mogen meepraten en -beslissen over hoe AI-toepassingen eruit zien. Witte, hoogopgeleide mannen zijn oververtegenwoordigd in het AI-werkveld. Welke gevolgen heeft dat? Hoe kun je dat veranderen? Een belangrijk doel van deze lijn is het aanwakkeren en faciliteren van de dialoog over AI en AI-prakijken, bijvoorbeeld door het ontwikkelen van workshops, serious games en provotypes (provocatieve prototypes).
“Juist nu de toepassing van AI nog zo in ontwikkeling is, is dit hét moment om invloed uit te oefenen op hoe we willen dat een toekomst met AI eruitziet.”
- Waarom vind je het belangrijk dat er juist nu aandacht is voor dit thema?
AI ontwikkelt zich in een razend tempo en vrijwel iedereen merkt nu al de gevolgen ervan in hoe we werken, leven en communiceren. Enerzijds biedt AI veel mogelijkheden voor vernieuwing en kan het bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke problemen. Anderszijds hebben huidige AI-ontwikkelingen grote en soms zorgelijke gevolgen voor de samenleving. Zo is de klimaatimpact van AI enorm, bevatten veel AI-systemen bias (vooroordelen) waardoor ongelijkheden in de maatschappij vergroten, worden er voor het trainen van AI-modellen op grote schaal auteursrechten geschonden, is het steeds lastiger om de betrouwbaarheid van informatie goed in te schatten en worden we steeds afhankelijker van (vaak Amerikaanse) big tech bedrijven. Juist nu de toepassing van AI nog zo in ontwikkeling is, is dit hét moment om invloed uit te oefenen op hoe we willen dat een toekomst met AI eruitziet.
- Welke projecten of onderzoeken staan op dit moment centraal in jouw werk?
In het 8-jarige SPRONG-programma RAAIT werken we samen met de hogescholen van Amsterdam en Utrecht op het thema Responsible Applied AI. In de afgelopen jaren hebben we een gezamenlijk manifest en toolkit voor verantwoorde AI ontwikkeld, waarmee studenten en professionals zelf aan de slag kunnen. Ook heeft het programma ons in staat gesteld om een netwerk van geïnteresseerde praktijkpartners op te bouwen, van waaruit we al meerdere succesvolle onderzoekaanvragen hebben gedaan (bijv. het Duidelijke TAAL project van hierboven).
Daarnaast hebben we de afgelopen maanden samen met Gemeente Rotterdam, Erasmus Universiteit en het Techniek College Rotterdam gewerkt aan het opzetten van het Sociaal AI Lab Rotterdam. Ik ben erg blij met de uitgangspunten van het lab, waarin AI toegevoegde waarde moet brengen voor álle Rotterdammers. In aanloop naar de opening hebben we al activiteiten georganiseerd met allerlei soorten groepen mensen, zoals mbo-studenten, gemarginaliseerde groepen en ondernemers.
Een laatste project dat ik hier wil noemen is de ontwikkeling van de Master AI-Translator waarmee van in september 2026 van start willen gaan. Deze master richt zich op professionals die de brug willen slaan tussen hun eigen werkveld (zorg, logistiek of overheid) en de meerwaarde die AI daarin kan bieden. Met het ontwikkelteam hebben we een mooi programma uitgewerkt en ik kijk er heel erg naar uit om komend jaar de eerste studenten te verwelkomen.
“Om te zorgen dat AI van meerwaarde is voor de samenleving, is het belangrijk dat zoveel mogelijk perspectieven vertegenwoordigd zijn in de ontwikkeling en toepassing ervan.”
- Als je één belangrijke boodschap zou willen meegeven aan studenten, professionals of partners, welke zou dat zijn?
AI raakt ons allemaal, en heeft invloed op allerlei vlakken, van onderwijs en zorg tot creativiteit en democratie. Om te zorgen dat AI van meerwaarde is voor de samenleving, is het daarom belangrijk dat zoveel mogelijk perspectieven vertegenwoordigd zijn in de ontwikkeling en toepassing van AI, zoals docenten, studenten, zorgprofessionals, patiënten, makers, overheden, allerlei verschillende groepen burgers, de natuur en nog veel meer. AI, waar miljarden mensen mee te maken krijgen, is te belangrijk om alleen aan AI-programmeurs over te laten. Ik zou iedereen (inclusief AI-programmeurs) willen omroepen om zich erin te verdiepen en mee te bemoeien.
- Welke ambities of dromen heb je nog voor de toekomst van je lectoraat en het werkveld?
Waar de toepassing van AI in eerste instantie vaak wordt ingezet met het streven naar meer efficiëntie, wordt steeds duidelijker dat er ook dingen verloren gaan als we mensen simpelweg vervangen door AI-systemen. Het geven van feedback aan een student, bijvoorbeeld, bestaat uit meer dan alleen het overbrengen van informatie (wat AI misschien wel kan), het is ook een vorm van aandacht geven, iemand zien en een menselijke relatie aangaan (wat AI overduidelijk niet kan). Juist de relatie tussen student en docent kan maken dat een student ontvankelijk is voor feedback en er ook echt mee aan de slag gaat. In het onderwijs is het door de introductie van ChatGPT de afgelopen jaren meer dan ooit gegaan over wat goed onderwijs eigenlijk is, en ik vind dat een positieve ontwikkeling.
Mijn wens voor de toekomst is dat we door de introductie van AI vaker stilstaan bij vragen over wat wezenlijk belangrijk is. Wat is goede zorg? Wat is betekenisvol werk? Waar willen we moeite voor doen? Wat betekent het om mens te zijn? Alleen door dat goed helder te hebben, kunnen we AI op een betekenisvolle manier inzetten.
Meer weten over het onderzoek van Maaike? Hier vind je meer informatie over haar lectoraat en lopende projecten.