Menu English

MOVING

Schooltransitieprogramma afstemmingsprogramma (STAP): methode voor leerkrachten om leerlingen met moeite in sociale communicatie en flexibiliteit passend te ondersteunen bij de overgang van PO naar VO.

Publicatiedatum: 01 september 2015

Van jongeren met autismespectrumproblemen wordt verwacht dat zij steeds meer meedoen in het reguliere onderwijs. Dat valt niet altijd mee. Vooral de overstap van de vertrouwde basisschool naar de vaak grotere en drukkere school in het voortgezet onderwijs wordt door de jongere, maar ook door ouders en leerkrachten vaak als probleem ervaren. Kenniscentrum Zorginnovatie gaat samen met andere onderzoekers, praktijkprofessionals en de doelgroep in de studie MOVING een preventieprogramma onderzoeken waarmee jongeren met autismespectrumproblemen, hun leraren en ouders worden ondersteund bij de transitie naar het voortgezet onderwijs.

Toon:

Korte film

Introductie

Jongeren die moeite hebben met sociale interactie en flexibiliteit vinden het moeilijk om goed contact te leggen met andere mensen en moeten veel moeite doen om niet overspoeld te raken door de vele prikkels die op hen afkomen in een nieuwe omgeving. Zeker in de overstap van de basisschool naar het voortgezet onderwijs komt veel op deze jongeren af: onbekende leerlingen en leerkrachten, veel wisselingen in klassen, onduidelijkheid over wat de bedoeling is van vrije uren en op het schoolplein. Voor jongeren met autismespectrumproblemen zijn dit vaak angstige situaties waarin ze moeite hebben om zich staande te houden. Een consequentie kan zijn dat hun leerprestaties verminderen, ze zich eenzaam en kwetsbaar voelen, gepest worden en niet meer naar school (willen) gaan. Het is daarom belangrijk om te zorgen voor een soepel lopende overstap. Dit biedt kinderen optimale kansen om talenten te ontwikkelen en een succesvolle loopbaan op te bouwen.

In Engeland is er een schooltransitieprogramma (Transition Pack) voor deze jongeren opgezet en de eerste resultaten zijn veelbelovend. Hogeschool Leiden heeft in samenwerking met Hogeschool Rotterdam (Kenniscentrum Zorginnovatie) en de afdeling Kinder- en Jeugdpsychiatrie van het Erasmus MC goede contacten met de onderzoekers van het engelse programma. In deze samenwerking is er een RAAK-PRO subsidie binnen gehaald om dit schooltransitieprogramma voor Nederland geschikt te maken.

In Engeland is er een schooltransitieprogramma (Transition Pack) voor deze jongeren opgezet en de eerste resultaten zijn veelbelovend. Hogeschool Leiden heeft in samenwerking met Hogeschool Rotterdam (Kenniscentrum Zorginnovatie) en de afdeling Kinder- en Jeugdpsychiatrie van het Erasmus MC goede contacten met de onderzoekers van dit programma. In deze samenwerking is er een RAAK-PRO subsidie binnen gehaald om dit schooltransitieprogramma voor Nederland geschikt te maken.

Projectbeschrijving

De onderzoekers beogen met het toekomstige preventieprogramma goede, soepel verlopende schooltransities te bieden aan jeugdigen met autismespectrumproblemen. Zo krijgen deze jongeren optimale kansen om hun talenten te ontwikkelen en een succesvolle loopbaan op te bouwen.

De studie MOVING bestaat uit twee fasen. De eerste fase betreft het vertalen en bruikbaar maken van het Engelse Transition Pack (TP) voor het Nederlandse onderwijssysteem. Uit recent Brits onderzoek blijkt dat dit preventieprogramma de gedrags- en emotionele problemen van jeugdigen met autismespectrumproblematiek tijdens de transitie van de basisschool naar de school voor voortgezet onderwijs significant reduceert. De tweede fase betreft het onderzoeken van de effectiviteit van de Nederlandse versie van het Transition Pack ten opzichte van de diversiteit aan reguliere ondersteuning die de betrokken scholen momenteel bieden gedurende de transitie van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs.

Het onderzoek is met vier verschillende samenwerkingsverbanden van basisscholen en middelbare scholen uit de regio’s Rotterdam en Alphen aan den Rijn opgezet en heeft in 2015 van SIA een RAAK-Pro subsidie gekregen. Het onderzoek wordt uitgevoerd op Hogeschool Leiden (Expertisecentrum Jeugd) en Hogeschool Rotterdam (Kenniscentrum Zorginnovatie). 

Er wordt in het onderzoek nauw samengewerkt met de afdeling kinder- en jeugdpsychiatrie van het ErasmusMC, de faculteit Sociale Wetenschappen van de Erasmus Universiteit Rotterdam, de divisie autisme van het Yulius en de academische werkplaats Samen Doen! Verder is er nauw contact met de afdeling kinder- en jeugdpsychiatrie van University College London (Social Communication Disorders Clinic). Ook is er contact met de Inspectie van het Onderwijs en de gemeente Rotterdam. 

Het onderzoek heeft medisch-ethische goedkeuring bij de METC van het ErasmusMC verkregen. 

Fase 1: Ontwikkeling TP-Nederlandse versie (TP-NL)

Fase 1 heeft als doel om het Transition Pack (TP) bruikbaar te maken voor de Nederlandse scholen in het primair- en voortgezet onderwijs. Dit deel bestaat uit een aantal stappen:

  1. het TP vertalen naar het Nederlands (de STAP-methode);
  2. deze vertaling aanpassen en geschikt maken voor het Nederlandse onderwijssysteem;
  3. in overleg met de auteurs van het TP deze aanpassingen doorvoeren;
  4. de aangepaste TP-NL terugvertalen zodat de auteurs van het TP kunnen nagaan of de opzet van het TP gelijk is gebleven.

Fase 1 is in september 2015 gestart. Dit zal afgerond worden met een pilotstudie bij jongeren met autismespectrumproblemen, hun ouders en docenten, om na te gaan of de STAP-methode goed toegepast kan worden op scholen in het primair- en voortgezet onderwijs, en in de thuissituatie van de jongeren.

Tijdspad

Vanaf september 2015 is gestart met het vertalen, aanpassen en terugvertalen van het Transition Pack. In september 2016 was de STAP-methode klaar en was er een trainingspakket gerealiseerd om dit Nederlandse Transition Pack op scholen eigen te maken. In januari 2017 werd een pilotstudie opgezet in regio Alphen a/d Rijn en is inmiddels succesvol afgerond. Van oktober 2017 tot april 2018 is het eerste cohort geworven. Het tweede cohort wordt van september 2018 tot maart 2019 geworven.

STAP-methode

De STAP-methode bestaat uit drie verschillende onderdelen.

Fase 2: Quasi-experiment

Fase 2 heeft als doel om de effectiviteit van de STAP-methode te onderzoeken. De vraag of de STAP-methode een effectief programma is, wordt beantwoord met behulp van een quasi-experiment met een experimentele conditie (dus de scholen waar gebruik wordt gemaakt van het STAP-methode) en een controleconditie (het zogenoemde ‘Overstap zoals gewoonlijk’).

In de regio’s Rotterdam, Alphen aan den Rijn en Gouda wordt het onderzoek afgenomen en de methode ingezet op basisscholen en daarna middelbare scholen in deze regio’s. In samenwerking met samenwerkingsverbanden in deze regio's  worden de scholen benaderd en gevraagd of zij aan het onderzoek willen meedoen. Vervolgens worden de ouders en desbetreffende leerling geïnformeerd en gevraagd om deel te nemen aan het project. Alle deelnemers krijgen bij deelname een kleine attentie! 

Doordat de STAP-methode onderzocht wordt op effectiviteit is een controle groep noodzakelijk. Hierdoor ontvangt de helft van de deelnemers van het onderzoek de STAP-methode. De controle groep ontvangen de 'overstap zoals gewoonlijk'. Dit betekent dat de leerlingen van de controle groep rond mei geen STAP-coach en warme overdracht ontvangen. Vragenlijsten in maart, oktober en mei worden door beide groepen ingevuld. De leerlingen worden volledig willekeurig aan één van de twee groepen toegewezen. 

Om de effectiviteit van de STAP-methode te kunnen aantonen vullen zowel ouder/voogd, leerling, leerkracht van groep 8 en de mentor vragenlijsten in, zie afbeelding hierboven. Daarnaast wordt met de ouder (in juni-aug) en de mentor (oktober) een interview afgenomen over de deelnemende leerling. De leerling hoeft hier niet bij te zijn. De gegevens van de vragenlijst en van het interview zijn uitsluitend voor onderzoeksdoeleinde en worden geanonimiseerd voor onderzoek analyses. De school ontvangt deze gegevens niet over de leerling. 

De verwachting is dat 200 jongeren en hun ouders aan het onderzoek mee zullen doen, waarvan 100 de overgang naar het middelbaar onderwijs aan de hand van de STAP-methode zullen maken. Bij de andere 100 leerlingen wordt de overstap naar het voorgezet onderwijs gevolgd, zoals deze gewoonlijk ook plaatsvindt. Tijdens twee overgangsjaren wordt de STAP-methode ingezet. Het eerste cohort start in het voorjaar van 2018 en het tweede cohort in het voorjaar van 2019. Uit een pilotstudie in Alphen aan den Rijn afgelopen zomer (2017) kwamen positieve reacties naar voren.  

Onze samenwerkingspartners Koers VO (Rotterdam) beschrijft in detail de STAP-methode en de relevantie hiervan: klik hier.