Menu English

Ontmoeting 05

In zijn vijfde 'Ontmoeting' schrijft Ron Bormans over de rode draad van Focus die hij overal in het onderwijs tegenkomt: bijv. tijdens het meelopen met studentendecanen en de facilitaire dienst, tijdens het hbo-discours en zijn gesprek met de minister.

Woensdag 20 maart: studentdecanen aan het werk

Ik ben een groot deel van de dag aanwezig bij de decanen op onze locatie Academieplein. We voeren gesprekken met elkaar en ik ben aanwezig bij een zevental gesprekken met studenten. Ik wil dit graag zelf eens ervaren. Ik ben te vroeg, want ik wil per se niet te laat komen. Voordat de koffie en thee goed en wel ingeschonken zijn, hebben we het al over stevige thema's zoals het eigen ouderschap. Totdat de eerste student zich meldt. Wat onwennig schuif ik aan. Onwennig om twee redenen: ik mag niets zeggen (valt mij zwaar) en ik krijg een intiem kijkje in het leven van (kwetsbare) jonge mensen. Verhalen die ik ken uit de formele rapportages (jonge moeders, autisme, de worsteling met de adolescentie of gewoon pech in het leven) krijgen een gezicht en komen ook voor mij dichtbij. Ik hoor hoe jonge mensen over hun ouders praten en dan vraag ik me meteen af hoe mijn kinderen over mij zouden praten. Ik heb wel een beeld, maar toch… De decanen doen dat goed. Ze weten in korte tijd een sfeer van vertrouwen te creëren, staan aan de kant van studenten zonder de kritische distantie te verliezen en doseren hun advies of managen de verwachtingen. Mij valt op dat in voorkomende gevallen de persoonlijke problematiek een extra accent krijgt doordat opleidingen niet goed georganiseerd zijn. Als je structuur zoekt in je leven, om welke reden dan ook, helpt het niet als roosters niet kloppen of grillig zijn. Ook niet als communicatie slordig is of  docenten als onverschillig worden ervaren. Dat mogen we jonge mensen toch eigenlijk niet aandoen. In de emotie van het moment heb ik de neiging dit hard en wat ruw te willen veroordelen, maar blijf netjes formuleren. Voordat ik terugga naar mijn vergadercircuit complimenteer ik de decanen met hun empathie en professionaliteit. De emotie ebt wat weg, de boodschap die ik opgepikt heb niet.

Zaterdag 23 maart: open dag

Iets meer casual gekleed dan normaal ga ik naar de open dag van Hogeschool Rotterdam. Ik probeer vaak aanwezig te zijn, vind ook dat dat hoort. En dus moet de C2 van Meerburg het deze zaterdag zonder haar vaste grensrechter stellen. Tijdens de open dag let ik altijd erg op hoe wij praten over onze opleidingen. Ik maak een praatje met collega's, met ouders, aanstaande studenten en schuif regelmatig een lokaal binnen waar meer informatie over een bepaalde opleiding gegeven wordt. Deze keer Commerciële Economie. Onze collega en haar studenten doen dat goed: nuchter, maar enthousiast, zonder het te nadrukkelijk te willen verkopen. Dit is het soort studenten waarvan je meteen denkt: die komen er wel. Zo'n open dag laat ook iets zien van onze organisatiekracht: we doen dat goed. Maar bovenal is het iets dat je met elkaar moet vieren. We etaleren met elkaar wat we in huis hebben en tonen collectieve trots. Met een aantal collega's sluit ik de dag af met een broodje en een glaasje jus. Om daarna naar Feyenoord B2 - FC Twente B2 te gaan kijken. Een vriend van mijn jongste zoon speelt daar. Het is ijzig koud op Varkenoord en ze verliezen ook nog eens. Maar volgens mij komt er meer talent aan bij Feyenoord 1….

Dinsdag 26 maart: overleg over voortgang Focus

Om zes uur overleggen we over de voortgang van ons kwaliteitsprogramma Focus. Aanwezig zijn het College van Bestuur, directeuren en mensen die actief zijn in de Focusgroepen (voorzitter/secretaris). We beginnen met een bordje lasagne van een plaatselijke Italiaan. Het gesprek is levendig en er tekent zich een consensus af: de bereidheid te focussen op onze kern (de kwaliteit van het bacheloronderwijs) is hoog en het besef dat we om die reden moeten willen kiezen, idem. Er dringt zich ook een soort model aan ons op van wat de sleutel tot succes zou kunnen zijn: sterke teams die binnen duidelijke en geaccepteerde kaders en doelstellingen werken vanuit een gefundeerde identiteit en met een geprofileerde opleiding. In een gesprek hoe daar te komen, komen we over leiderschap te spreken: de balans zoeken tussen vertrouwen durven (en moeten!) geven aan professionals versus durven (en moeten!) aanspreken daar waar nodig. Ik hoor mezelf vertrouwen uitspreken in de mensen die aanwezig zijn. Ik hoor mezelf bepleiten het gesprek over Focus uit de directiekamers te halen en meer direct neer te leggen bij teams van docenten met de vraag: hoe gaan jullie er voor zorgen dat we die kwaliteit leveren die we nodig en wenselijk achten en wat hebben jullie nodig om dat voor elkaar te krijgen. Prima avond. We maken meters. Het is laat geworden. Snel naar huis en naar bed, morgen moet ik heel vroeg op…..

Woensdag 27 maart: op pad met de huismeesters

Ali wacht me op vanaf half 7 op de Kralingse Zoom. Tot mijn eigen ergernis ben ik 5 minuten te laat. Dat hoort niet. Ik ga een dag meelopen met de huismeesters. Ik wil de hogeschool wel eens zien door hun ogen. Getooid in de huismeesteroutfit (met eigen portofoon en loper) doe ik met Ali de ronde. Fascinerend om zo'n school te zien ontwaken. In de eerste minuten horen we alleen onze eigen voetstappen in die grote, holle, nog levenloze ruimtes. Als we terugkomen van de eerste ronde word ik vriendelijk maar beslist aangesproken door de eerste huismeester: ik heb niet de juiste uitstraling als ik steeds met mijn handen in de zakken loop. De rest van de dag laat ik nadrukkelijk mijn handen zien als ik hem weer eens tegen het lijf loop…

Realiseren we ons wel hoe veel mensen in die vroegte al bezig zijn om de school "klaar te maken"?  Huismeesters maar ook hele ploegen schoonmakers, de collega's van de receptie, etc. We zetten stoelen recht, noteren kleine beschadigingen, legen bakken papier en met de komst van hordes studenten is de school ontwaakt. En ook dan blijven de huismeesters zorgen dat de machine blijft draaien; knap (vriendelijk maar beslist) zie ik Ali mensen aanspreken als ze op de verkeerde plekken roken of muziek te hard zetten, etc. In gesprekken merk ik hoeveel de huismeesters weten en ik begin me af te vragen of we al die kennis wel voldoende aanboren bij beslissingen, bijvoorbeeld over inrichting van het gebouw. Om twee uur neem ik afscheid. Terug in mijn pak word ik weer met "u" aangesproken. Ik heb toewijding gezien.

Op mijn eigen kantoor bereid ik me voor op een discussie over studiesucces. De HBO-raad organiseert discussies over belangrijke thema's en wij zijn vandaag gastheer. De ervaring van de Kralingse Zoom galmt nog na als ik in het forum zeg dat we "de wedstrijd niet in Den Haag winnen, maar op locatie, in de stad, in ons eigen klaslokaal". En als ik beweer dat binding met de student een sleutel tot succes is, heb ik het natuurlijk over wat in het klaslokaal tussen student en docent gebeurt, maar in mijn hoofd zie ik onze huismeesters voorbij schieten.  

Donderdag 28 maart: de minister en de wethouder

Ik begin de dag met een gesprek met minister Bussemaker en eindig de dag met een gesprek met wethouder De Jonge. Ik heb lang op het departement gewerkt en nog steeds kom ik er veel bekenden tegen, ook al ben ik zo'n 15 jaar geleden vertrokken. Ministers worden verzorgd door kamerbewaarders en ook die ken ik nog van vroeger. "Dag, meneer Ron", klinkt het vriendelijk en licht spottend. Ze kennen me nog uit de tijd dat ik assistent-beleidsmedewerker was. Aan tafel bij de minister zitten twee ambtenaren, ze heten beide Ron. Als de grapjes daarover gemaakt zijn, praten we over de rendementsproblematiek in het hbo en alle beleid dat daaromtrent ontwikkeld wordt. Ik zie dat de minister in haar mapje documenten en een kopie heeft zitten van ons kwaliteitsprogramma Focus. Ze refereert er aan en geeft aan veel parallellen te zien met het kwaliteitsprogramma dat zij gestart is bij de Hogeschool van Amsterdam.

Met de wethouder praat ik later op de dag bij over de situatie van het onderwijs in de stad Rotterdam. Veel positief onderwijsnieuws komt de laatste maanden uit Rotterdam. In ieder geval wat betreft de aanpak van een aantal vraagstukken. Ik nodig de wethouder uit om dat allemaal eens bij elkaar te leggen van het primair onderwijs tot het wetenschappelijk onderwijs in de vorm van een grote Rotterdamse onderwijsconferentie. Dan krijgen we ook wat scherper zicht op wat op de grensvlakken tussen de verschillende sectoren gaat gebeuren. Gaat hij oppakken.

Ik loop om half zes richting Museumpark. Het is er druk en ik loop op weg naar mijn auto collega Gerard van Drielen tegen het lijf. Hij heeft overleg gehad op het departement over de juridische kant van de diplomakwestie die we gehad hebben. De hogeschool en het departement  zijn het nog niet bepaald eens met elkaar, jammer. Het ene moment van de dag voel je verbinding met Den Haag, het andere moment absoluut niet. Niet echt leuk om zo de week te eindigen. Maar goed, daar wordt vast over gemaild de komende dagen en dat pakken we zeker de dinsdag na Pasen in het CvB wel weer op.

Over de auteur

Ron Bormans - Voorzitter College van Bestuur Hogeschool Rotterdam

Ron Bormans (1957, te Schinnen, Zuid-Limburg) mag zich verheugen in een lange periode van ontmoetingen in en met het hoger (beroeps)onderwijs. Tijdens zijn studies: Natuurkunde (propedeuse) in Eindhoven en Politicologie / Bestuurskunde in Nijmegen. Maar ook in zijn loopbaan. Hij werkte o.a. als plv. directeur HBO en directeur Studiefinanciering bij OCW. Daarnaast was hij consultant bij Capgemini. Op dit moment geeft hij leiding aan Hogeschool Rotterdam als bestuursvoorzitter, een functie die hij eerder bekleedde bij de HAN. Maar hij deed ook de HvA en Inholland aan en hield toezicht op onderwijsprogramma's als directeur NQA.

Elke twee weken is de nieuwe blog-post ook te volgen op Twitter via @ronbormans1.