Menu English

WERKplaats internationalisering: “De voornaamste buitenlandervaring vind je thuis”

10 december 2018

“Kijk met al je zintuigen wie er voor je staat en laat je kennis en oordelen los”, zegt lector Tina Rahimy op de conferentie internationalisering op 6 december. Internationalisering is meer dan uitwisseling van studenten en het aanbieden van lessen in het Engels. Over dit brede onderwerp lieten docenten, lectoren en medewerkers van verschillende hogescholen zich inspireren door experts en ervaringsdeskundigen.

Internationalisering is één van de speerpunten van Hogeschool Rotterdam, belegd in een  WERKplaats, onder leiding van Enny Kraaijveld, manager Centre of International Affairs en Leo Klienbannink, lector Internationalisering. Collegevoorzitter Ron Bormans, die de conferentie opent, geeft aan dat hij jarenlang geen visie wilde ontwikkelen op internationalisering. “Een visie ontwikkelen is makkelijk, het is veel moeilijker om zo’n visie te laten werken in de praktijk.” 

‘Internationalisation at home’

Iemand die alles weet over hoe je internationalisering op je eigen locatie vormgeeft is Elspeth Jones, emerita professor van de universiteit van Leeds en consultant op het gebied van internationalisering in het hoger onderwijs. “De mobiliteit van studenten is fors toegenomen”, zegt Jones, “al gaan vooral witte studenten uit hoogopgeleide milieus op uitwisseling naar een buitenlandse universiteit of lopen stage bij een buitenlands bedrijf. Dat is slechts 5% van het totale aantal studenten. De overige 95% mist de voordelen van zo’n internationaal avontuur, voordelen die ertoe leiden dat je makkelijker omgaat met andere culturen, meer talen spreekt en later beter inzetbaar bent op de arbeidsmarkt.”

Ze adviseert dan ook die ervaring over te brengen naar de curricula van elke hogeschool en deze internationaler en intercultureler te maken. “In elk beroep vind je tegenwoordig een internationaal element, in een ziekenhuis liggen patiënten met heel diverse achtergronden, de loodgieter komt bij deze mensen thuis”, stelt Jones.

Liever intercultureel dan internationaal

De focus in het curriculum zou dan ook meer op intercultureel moeten liggen dan op internationaal. Buitenlandse studenten die hier komen studeren ervaren als geen ander de totaal andere omgeving waarin je terecht komt bij het studeren in een ander land. Niet alleen het formele curriculum speelt daarbij een rol, ook het informele. Denk bijvoorbeeld aan het eten in de kantine, bewegwijzering in andere talen, beeldmateriaal dat andere culturen laat zien. Dit helpt buitenlandse studenten zich welkom te voelen. Ook de interculturele vaardigheden van álle medewerkers op hogeschool of universiteit zijn van belang, niet alleen van de docenten.

Jones deed jarenlang onderzoek naar internationalisering en verzamelde ‘best practices’. “Het gaat om bewustzijn dat het in het buitenland anders gaat. Neem reizen met de bus in het buitenland, dat is vaak een desoriënterende ervaring. Waar koop je een kaartje? Stap je voor of achterin in? Spreek je de bestuurder aan of juist niet?” Volgens haar gaat het om het combineren van het globale met het locale: je krijgt dan een 'glocal' visie op internationaliseren. Het intercultureel bewustzijn levert een inclusieve houding op en bereidheid tot samenwerking. Ze schreef diverse boeken over internationalisering maar voor opleidingen die aan het begin staan is de lijst met tips die ze geeft een goede start.

Meer dan ‘catchy’

Hoe het is om met een andere achtergrond in Nederland te zijn, daarover kan Tina Rahimy, lector ‘Sociaal werk in de superdiverse stad’ bij het Kenniscentrum Talentontwikkeling van Hogeschool Rotterdam, uit ervaring spreken. “Als ik zeg dat ik het koud heb op een regenachtige dag als deze, zegt men ‘ja, maar waar jij vandaan komt is het altijd warm’, terwijl ik sinds mijn twaalfde niet meer in Iran ben geweest.”

Superdiversiteit klinkt ‘catchy’”, zegt Rahimi “Door er deze definitie aan te hangen lijkt het alsof er nu veel meer diversiteit is, maar hoe nieuw is het? We weten dat iedereen anders is, we geloven we in het belang van gelijkheid maar we trappen zo gemakkelijk in de val dat gelijkheid ook homogeniteit is.” Dat laatste illustreert ze met een voorbeeld uit haar eigen praktijk. Een jongen met een zeer cultureel diverse achtergrond had problemen met de studie. Ze zocht naar redenen als taalproblemen of moeite met aanpassing aan het onderwijssysteem. De jongen zelf moest haar uitleggen dat dit alles niet aan de orde was.

Wat was dan het probleem? Hij bleek eronder gebukt te gaan dat ‘iedereen’ hier ouders heeft die betrokken zijn bij het studeren, terwijl dat voor hem helaas niet opging. Rahimi: “Met al mijn theoretische kennis was dit de moeilijkste case. Het vraagt je met al je zintuigen te kijken naar wie er voor je staat en kennis en oordelen los te laten.” Op de vraag wat dit betekent dat voor je rol als docent, is haar eenvoudige antwoord dat het vooral gaat om studenten te leren verwachten dat mensen soms anders reageren dan je gewend bent, en dat dat ok is.  

Lessen uit de WERKplaats

In de WERKplaats zijn acht opleidingen aan de slag gegaan met experimenten in wat internationalisering voor hen betekent. Onderstaande film laat zien dat er ondermeer geëxperimenteerd is met professionalisering van docenten, met het ontwikkelen van een vak ‘interculturele communicatie of met meer ruimte inbouwen in het curriculum voor internationale onderdelen en stages.



In de middag is er gelegenheid om in kleinere groepen aan de slag te gaan met onderdelen van de internationaliseringsdriehoek, die ontwikkeld is door de WERKplaats samen met het Centre of International Affairs. Onderwerpen als 21st century skills, het opleiden van docenten, op zoek gaan naar samenwerkingspartners of onderzoek.

“Wat is de grootste opdracht voor hogescholen op het gebied van internationalisering?”

Naast Elspeth Jones bogen Robert Coelen, lector internationalisering van Stenden Hogeschool en Adinda van Gaalen van Nuffic zich over vragen als bovenstaande bij de afsluitende discussie. “Begin klein”, is het advies. “Veel opleidingen denken dat ze niet aan internationalisering doen, omdat het die naam niet heeft.”, zegt Jones. “En communiceer. Herhaal je boodschap, zo bereik je steeds meer collega’s. Maak het ook persoonlijk, schets praktijkvoorbeelden en ga de dialoog aan, vooral interdisciplinair.”

Coelen is het daarmee eens: “Niet elke opleiding is hetzelfde en opleidingen moeten de relevantie ervan zien voor het eigen werkveld, dat betekent dat ze kunnen leren van andere disciplines. Maar de vaardigheden die studenten die naar het buitenland er gratis bijkrijgen, waardoor ze beter inzetbaar zijn, dat zou de doorslag moeten geven om in alle opleidingen de internationale ervaring te organiseren.”

Meer informatie over internationalisering bij Hogeschool Rotterdam? Neem contact op met de WERKplaats.