Menu
    English

    Collegelid Wijnand van den Brink begint aan zijn opdracht

    “Op zoek gaan naar de gezamenlijkheid is de basis van alles”

    02 oktober 2017

    Vandaag start Wijnand van den Brink in zijn nieuwe functie als CvB-lid. Waarom heeft de voormalig directeur van onderwijsinstituut IGO deze stap gezet en wat mag de hogeschool van hem verwachten als bestuurder?

    Vrijwel de gehele carrière van Wijnand van den Brink speelt zich af in het onderwijs. Bijna veertig jaar geleden begon hij aan de opleiding Statistiek en staatshuiskunde, het toenmalige equivalent van een eerstegraadslerarenopleiding Algemene Economie. Hij stond vervolgens  jaren voor de klas, op het Albeda College en bij de hogeschool, maar voelde zich tegelijkertijd aangetrokken tot managementfuncties. Structureren en beslissingen nemen ging hem goed af. Zo groeide hij door naar onderwijsmanager bij de opleiding Bedrijfseconomie en van daaruit naar opleidingsdirecteur, een functie die hij zowel bij het instituut voor Financieel Management als bij het instituut voor de Gebouwde Omgeving (IGO) bekleedde. Een korte kennismaking. 

    Koos je bewust voor werken in de onderwijssector?

    Van den Brink: “Zeker, het werken met jonge mensen vind ik inspirerend. Daarnaast houd ik van ondernemen, van experimenteren en ongebaande wegen inslaan. Dat kan in het onderwijs, veel meer dan je in eerste instantie denkt. Maar daarbij kies ik wel voor de solide basis van vastigheid. Het hbo biedt veel ruimte om nieuwe ideeën te onderzoeken en tot nieuwe werkwijzen te komen. Het mag ook een keer fout gaan, daar leer je van. De WERKplaatsen in onze strategische koers vind ik dan ook een geweldige kans voor innovatie en de aanjagende bestuurlijke rol daarin zal ik graag pakken.”

    Waarom heb je de stap gemaakt naar het bestuur?

    “Die ambitie is een aantal jaar geleden komen bovendrijven. Het leiden van een onderwijsinstituut in mijn oorspronkelijke vakgebied ging mij goed af, waardoor ik me afvroeg of ik dat ook zou kunnen in een totaal andere omgeving. Het gaat uiteindelijk om dezelfde vaardigheden. Bij het Instituut voor de Gebouwde Omgeving was het onmogelijk om overal inhoudelijk bij betrokken te zijn, daarvoor is het instituut te groot. Dus ga je meer sturen op afstand. Als lid van het College van Bestuur sta je nog verder van het primaire proces af maar je hebt wel het overzicht. De grote lijn bewaken, mensen op de juiste plek neerzetten en de organisatie faciliteren om te komen tot de resultaten die we voor ogen hebben, dat ligt mij. Ik ben ook van mening dat als je wil groeien in je loopbaan, je ook je kennis op niveau moet brengen. Om die reden volgde ik in de periode dat ik onderwijsmanager was de Master Educational Management. Dat komt me nu van pas.”

    Wat voor bestuurder ben je?

    “Ik ben niet degene die gaat vertellen wat er moet gebeuren. Visie neerzetten, rust brengen en mensen met elkaar in verbinding brengen zie ik als mijn taak. Geef professionals de ruimte, dan komen ze zelf met de beste ideeën. Als bestuurder help je ze daarbij. Ik zoek ook naar de gezamenlijkheid. Bij IGO is het mij gelukt om de verschillende opleidingen samen te brengen tot een instituut met een gedeelde visie op de gebouwde omgeving, waar multidisciplinair samenwerken inmiddels gewoon is geworden. Daar ben ik best trots op. Transparantie vind ik ook heel belangrijk. Uitleggen waarom je tot een bepaald besluit gekomen bent, waarom je een bepaalde deze koers wil varen. Je niet door de waan van de dag laten afleiden van wat je wilt bereiken. Dat schept duidelijkheid.”

    Je zwaartepunt in het college ligt bij bedrijfsvoering, financiën en huisvesting. Hoe past die opdracht je?

    Als ik terugkijk in mijn loopbaan, zie ik dat ik me altijd sterk heb gemaakt voor kwaliteitsverbetering én dat ik partijen goed met elkaar in gesprek kan brengen. Samen op zoek gaan naar wat ons bindt is de basis van alles. Op dat vlak ligt er een grote opdracht om de onderwijsinstituten en de diensten meer met elkaar in verbinding te brengen. Daar is al het nodige in gebeurd de afgelopen jaren, maar het kan nog beter.” 

    Wat ga je als eerste doen in je nieuwe functie?

    “Starten met een kennismakingsronde. Ik ken alle directeuren uit bestuurlijke overleggen, waarbij de focus vaak lag op een enkel onderwerp. Dan ken je iemand niet echt, weet je niet hoe de verschillende directeuren, managers en stakeholders ’in de wedstrijd’ staan. Welke perspectieven we met elkaar delen, in hoeverre we dezelfde taal spreken of niet. Maar ook mijn gesprekspartners uitnodigen om het eens te bekijken vanuit het gezichtspunt van de ander. Begrip leidt tot verbinding.”

    Als we over 100 dagen bij je aanschuiven?

    “Als hogeschool staan we voor een cultuurverandering. Het heeft tijd nodig om onderwijsteams te laten ervaren dat ze veel zelf mogen doen, dat proces heeft een bepaalde rust en geleidelijkheid nodig. Ik hoop dat ik dat vertrouwen weet over te brengen en ik ga er zelf met vertrouwen in.” 

    Lees ook

    Inloggen