Menu
    English

    Neurodiversiteit op de hogeschool: hoe maken we ruimte voor ieder brein?

    Onze hersenen zijn een fantastisch orgaan. Ze regelen van alles voor ons: van het reguleren van onze lichaamstemperatuur tot het opslaan van herinneringen. Toch weten wetenschappers er nog lang niet alles over. Wat we wél weten: ieder brein werkt op zijn eigen manier. Die variatie noemen we neurodiversiteit. 

    Het begrip neurodiversiteit werd in de jaren negentig geïntroduceerd door socioloog Judy Singer, die zelf autistisch is. In die tijd werd autisme gezien als een ongeneeslijke ziekte, iets wat een normaal leven in de weg zou staan. Judy wilde dit stigma doorbreken. Ze stelde dat de onzichtbare verschillen in onze hersenen net zo normaal zijn als uiterlijke verschillen. Aandoeningen als autisme en ADHD moeten we volgens Judy niet zien als medische problemen, maar als natuurlijke variaties. Neurodiversiteit gaat dus over het erkennen én waarderen van de verschillende manieren waarop onze hersenen werken.

    Neurotypisch en neurodivergent 

    Binnen het concept neurodiversiteit zijn twee termen belangrijk: neurotypisch en neurodivergent. Neurotypisch verwijst naar hersenen die functioneren volgens de maatschappelijke norm. Mensen met een neurotypisch brein hebben bijvoorbeeld vaak een ingebouwd filter voor prikkels, en kunnen zich op sociaal vlak relatief makkelijk staande houden. Aan de andere kant heb je neurodivergente hersenen. Deze verwerken informatie op een manier die afwijkt van de norm. Onder neurodivergentie vallen neurologische variaties als autisme, OCD en ADHD, maar ook dyscalculie en dyslexie.

    Onbegrip

    Omdat neurotypische mensen in de meerderheid zijn, is onze samenleving grotendeels op hen ingericht. Dat begint vaak al op school, waar leerlingen die zich ‘anders’ gedragen worden gecorrigeerd. Denk bijvoorbeeld aan kinderen die moeite hebben met stilzitten of sociale interactie. Neurodivergente mensen krijgen zo al vroeg het gevoel dat ze er niet bij horen. Ook later in het leven ervaren velen onbegrip. Omdat neurodivergentie onzichtbaar is, denken sommige mensen ten onrechte dat het ‘niet echt’ is.

    Sem, een communicatiestudent met ADHD vertelt: “Ik hoor weleens dat ADHD niet bestaat. Daar kan mijn vriendin (ook ADHD’er) dan echt boos om worden.” Zo’n uitspraak is net zo misplaatst als zeggen dat geluidsgolven niet bestaan: onzichtbaar betekent niet afwezig. 

    Ook binnen de Hogeschool Rotterdam lopen er nog veel studenten helaas tegen obstakels aan. “Er zijn op mijn instituut geen stilteruimtes, de lessen zijn te lang en is er te weinig communicatie over de voorzieningen die er zijn voor studenten. Zoals extra tijd bij proefwerken,” zegt een communicatiestudent die anoniem wil blijven.

    "Ik ben juist heel gevoelig, maar vind het moeilijk om mijn gevoelens uit te spreken."

    Een masker dragen

    Naast onbegrip hebben ook veel neurodivergente mensen last van hardnekkige stereotypen. Zo wordt bij autisme nog vaak gedacht dat iemand geen emoties voelt. “Ik ben juist een heel gevoelig persoon, maar vind het alleen moeilijk om deze gevoelens uit te spreken,” zegt communicatiestudent Joëlle. 

    Om aan de vooroordelen te ontsnappen, passen veel mensen hun gedrag aan. Dat heet maskeren. Ze forceren bijvoorbeeld oogcontact, blijven stil op hun plek zitten, of laten zelfs hun stem anders klinken. Maar maskeren kost veel energie. Op de lange termijn kan het leiden tot uitputting en zelfs een burn-out.

    Inclusie 

    Veel problemen waar neurodivergente mensen mee te maken krijgen, komen niet voort uit hun brein, maar uit de manier waarop de maatschappij is ingericht. Steeds meer mensen omarmen hun diagnose en stellen niet langer de vraag ‘Wat is er mis met mij?’, maar: ‘Wat is er mis met de samenleving?”

    Ook op de hogeschool kunnen we nog meer stappen zetten. Sem pleit voor ontmoetingsplekken voor neurodivergente studenten. Een andere student vraagt om duidelijkere communicatie vanuit de organisatie over voorzieningen en veranderende roosters. Hogeschool Rotterdam kan alleen een inclusieve hogeschool zijn, als er ook naar de wensen van deze studenten wordt geluisterd. 

    Hulp nodig?

    Herken je je in dit verhaal en heb je hulp nodig? Of speelt er iets anders in je leven dat invloed heeft op je studie? Weet dat je terecht kan bij de afdeling Studentenwelzijn

    English version

    Inloggen