Menu English

Children's Zone Wijkteam

Welkom in onze lwg-kraam

Children’s Zone (CZ) is onderdeel van het Nationaal Programma Rotterdam Zuid en actief in acht wijkteams. Het doel van CZ is om de thuissituatie te versterken, de toekomstkansen voor kinderen in deze wijken te vergroten en deze gelijk te trekken met de rest van Rotterdam. Je gaat proactief aan de slag in een dynamisch wijkteam en doet hiermee een brede ervaring op in het sociale werkveld.

Ben jij een derdejaars hbo-student in het sociale domein? En ben je op zoek naar een uitdagende stage waar je veel kunt leren, zelfstandig aan de slag gaat én jezelf ontwikkelt tot een integrale professional? Dan zoeken wij jou!

Taken en werkzaamheden
Je gaat proactief aan de slag in een dynamisch wijkteam en doet hiermee een brede ervaring op in het sociale werkveld. Samen met ouders breng je hun thuissituatie op orde door hen vaardigheden aan te leren en zo hun zelfredzaamheid te vergroten. Hierbij gaan wij uit van de wensen van de ouders en de vaardigheden die zij al hebben. Samen maken wij een plan en oefenen wij de vaardigheden die nog nodig zijn. Dit doen we aan de hand van een innovatieve methodiek die geïnspireerd is op Mobility Mentoring © en hersenonderzoek. Op deze manier leer jij gedurende jouw stage methodisch handelen.

Kijk voor meer informatie over Children's Zone op de website

 

Wat doet een: wijkcoach bij Children’s Zone?

Children’s Zone is actief in acht achterstandswijken in Rotterdam-Zuid. Hun doel is het vergroten van toekomstkansen voor kinderen van 0 tot 14 jaar, en deze gelijk te trekken met de rest van Rotterdam. ‘Door er vroeg bij te zijn, voorkomen we grotere problemen’, zegt Banu Sanli-Polat, wijkcoach bij Children’s Zone. ‘En daar hebben we iedereen in de wijk voor nodig.’

‘Onze aanpak is laagdrempelig omdat we onderdeel zijn van de wijk. We werken nauw samen met scholen, maar ook met buurthuizen, speelplaatsen, huisartsen en andere schakels.’

Nadruk op wensen
Met huisbezoeken zien Banu en haar collega’s signalen die je op school niet ziet. ‘Het grootste voorbeeld van een kind, zijn de ouders. Een stabiele thuissituatie leidt vaak tot betere leerprestaties. Bij Children’s Zone helpen we ouders hierbij door niet te praten over problemen, maar over wensen. Wat wil je voor je kind? Een beter leven? Een goede baan? Een mooie opleiding? Vanuit deze wensen leren we de ouders vaardigheden die het gezin stabieler maakt. Denk aan taallessen of schuldvrij leven. We coachen de ouders zodat het gezin op de lange termijn zelfstandig verder kan. Samen gaan we ervoor.’

 


Preventief werken
Kinderen met gedragsproblemen hebben specialisten nodig, maar Banu voorkomt dat liever door preventief te werken. Dit doet ze met een methode genaamd ‘De Brug’. ‘De Brug’ bestaat uit vijf verschillende leefgebieden: Een fijn huis, lekker in je vel, toekomst voor je kind, grip op je geld, en werken aan je toekomst. ‘Tijdens de intake kijken we met de ouders waar ze staan op de brug. Wat willen de ouders en hoe doen we dat? Dat kan bijvoorbeeld door een kind in te schrijven bij een sportvereniging via een fonds. Maar ook taallessen voor de ouders zelf. Zolang ze hun eigen vaardigheden aanscherpen. Als we zien dat er meer nodig is, verwijzen we ze door naar het wijkteam.’

Van dag tot dag
Elk wijkteam heeft twee werkbegeleiders en een aantal stagiairs. Vanwege de mankracht, hun netwerk in de wijk, en het preventief werken, houden ze de wachttijden minimaal. ‘Samen met de stagiairs beginnen we elke dag met een briefing. Hier bespreken ze hun leerdoelen. Zoals: wat wil je bereiken? En waarom doe je iets? Aan het einde van de dag komen we samen voor de evaluatie. Daarnaast doe ik ook intakegesprekken, huisbezoeken en overleg ik veel met mijn collega’s.’

Aanmelden
Elke school in het gebied heeft een contactpersoon bij Children’s Zone. Toch heeft Banu liever meer contactpersonen op verschillende plekken. ‘Niet alleen scholen zijn belangrijk, maar alles in de wijk. Dus ook Huizen van de wijk en speeltuinen. De signalen van armoede of verwaarlozing zijn vaak klein en subtiel. Maar ze zijn er. Andere hulpverleners schakelen ons, helaas, nog te laat in. Maar als je een kind ziet zonder lunch, bel ons. Het zijn de kleine dingen die het verschil maken.’