Menu English

Meer dan eindjes aan elkaar knopen

Blog door Haico van Nunen

03 februari 2021

Het is de week van de circulaire economie, een week vol extra aandacht voor circulariteit. Niet alleen vanuit de theorie, maar juist vanuit de praktijk, voorbeelden over hoe we nu al met circulariteit om kunnen gaan en laten zien wat er met een circulaire economie bereikt kan worden.

Hoe te starten met circulariteit was juist de hoofdvraag uit een net afgrond onderzoek voor de Circulaire Bouweconomie. Hoe kunnen woningcorporaties nu al aan de slag met circulariteit? Want het thema is bekend. Bijna iedere woningcorporatie heeft in zijn duurzaamheidsbeleid het thema circulariteit opgenomen, dus dat gaat goed zou je zeggen. Het daadwerkelijk invulling geven is echter nog een heel ander verhaal. Want waar begin je als je nog niet zo ervaren bent?

Ik wil bij drie bevindingen uit het rapport stilstaan. Om te beginnen probeer je van een lineaire economie de overstap te maken naar een circulaire economie. Op papier een kwestie van de eindjes aan elkaar binden. Maar in de praktijk is dat toch een stuk lastiger. Daarom hebben we gekeken hoe door de diverse fasen van een bouwproces (van initiatieffase, definitiefase, ontwerp, werkvoorbereiding, uitvoering en beheer) de rollen gaan verschuiven. Zo zie je dat leveranciers en industrie naar voren schuiven in de keten, om de juiste kennis mee te brengen, maar ook dat mogelijk de rol van een aannemer af kan nemen als bouwen meer monteren wordt. De biedt kansen, maar ook bedreigingen voor de verdere ontwikkeling van een circulaire economie.

Een ander aspect dat naar voren kwam heeft te maken met hoe je circulariteit opneemt in je bedrijf. Dé oplossing was er niet. In sommige bedrijven kwam het van een bevlogen iemand die er zijn persoonlijke missie van had gemaakt om circulariteit naar het volgende niveau te brengen. Maar andere bedrijven kozen er juist voor om van bovenaf op alle afdelingen circulariteit door te voeren. Uiteindelijk bleek het vooral een wisselwerking te zijn van mensen gemotiveerd krijgen, maar hen ook de ruimte te bieden om op onderzoek uit te gaan wat circulariteit voor hen en hun werk betekent.

Maar de belangrijkste les was eigenlijk toch wel om niet te lang te wachten en gewoon aan de slag te gaan. Stel daarbij de doelen niet direct te hoog. De kans dat je in één keer een 100% circulair gebouw neerzet is klein, maar om circulariteit meetbaar te maken binnen je organisatie of een circulair product toe te passen, dat is haalbaar. Het leert je waar je naar moet kijken, welke vragen je moet stellen en hoe je in de toekomst de volgende stap kunt zetten, langzaam op weg naar die circulaire (bouw)economie.

Als ik naar mezelf kijk en naar de opgave waar ik me binnen de Hogeschool Rotterdam mee bezig houd (opschaling van duurzame renovatie) dan ligt de focus vooral op de energietransitie. Maar het een sluit het ander niet uit. Sterker nog, de gemiddelde milieubelasting van een woning, gemeten over 120 jaar, bestaat voor ongeveer de helft uit energiegebruik, en de andere helft uit materiaalgebruik. Met het renoveren van woningen zorg je ervoor dat de benodigde periode van 120 jaar daadwerkelijk behaald wordt en wordt het gebruik van nieuwe materialen beperkt. Maar ook het renoveren zelf kan circulair, daar ging de rapportage over, inclusief de voorbeelden en de handvatten.

Voordat het zover is, is er nog een hele opgave te gaan. Het vraagt om aanpassingen in de keten, maar die keten gaat dat niet vanzelf doen. Ook opdrachtgevers moeten een andere vraag gaan stellen. Laten we hen daar nu al bij helpen om te laten zien wat je met circulariteit kunt bereiken, door het gewoon te doen en dat te laten zien. Een week van de circulaire economie kan erbij helpen om die voorbeelden te laten zien.