“Hier staat een trotse bestuurder,” hoorden de aanwezigen collegevoorzitter Sarah Wilton-Wels zeggen. Aangekondigd door presentator Sander de Kramer, staat ze in haar jurk - ontworpen door Willem de Kooning-student Sahar Khazaei - op het podium. “Er gaat heel veel goed en we hebben voor de zomer met elkaar de Instellingstoets Kwaliteitszorg (ITK) doorlopen, die we afsloten met mooie complimenten van de visitatiecommissie. Zij roemden onze betrokkenheid, nieuwsgierigheid en kritische houding. Zij zagen ook dat wij standaardiseren niet problematiseren, vanuit onderwijs nieuwsgierig zijn naar onderzoek en andersom én dat we onze studenten op één zetten waar het gaat om pedagogiek en didactiek. Dit maakt mij trots en ik kijk uit naar het officiële rapport van de NVAO – dat uiteraard ook verbeterpunten zal bevatten. Deze prestatie is er één van klasse - ik ben er zelf trots op en iedereen mag dat ook zijn!”
Meer dan onderwijskwaliteit
“Goed onderwijs is meer dan onderwijskwaliteit alleen. Ik sta hier dus met trots maar toch ook met zorg,” vervolgde de voorzitter. Ze deelde drie voorbeelden waaruit dit blijkt: de veelvoud aan ict-systemen voor onze studenten, niet optimale roosters en een beperkt bereikbare school in de zomerperiode. Het zijn onder andere deze voorbeelden die leiden tot zorgen. “Wij zijn vormend in het leven van een jongvolwassene. Wij hebben de gids te zijn voor onze studenten en ook voor studiekiezers. Letterlijk en figuurlijk. Dat is waar onderwijs óók over gaat. En hierin hebben wij als Hogeschool Rotterdam een been bij te trekken. Dit zijn wij aan onze stand verplicht: aan onze studenten, onze partners en aan onszelf.”
Daarom sloot Sarah af met de oproep om samen scherp te zijn op wat het beste is voor onze studenten. “Die scherpte, die echte focus op onze studenten, buiten onze uitstekende onderwijskwaliteit, maakt dat onze instelling als geheel beter wordt. Het orkest achter mij illustreert dat als geen ander. Het gaat in het orkest niet alleen om de afzonderlijke kwaliteiten van muzikanten of instrumenten. Het gaat over het totaal.”
Om dat samenspel nog beter neer te zetten blijft Hogeschool Rotterdam zich ontwikkelen. “Door grotere, vergelijkbare eenheden te organiseren waar we in kennisdomeinen verder bouwen aan de versterking van onderwijs en onderzoek en daarmee nog relevanter worden.”
Landelijk hogeschooljaar
Na de openingsspeech was de beurt aan Maurice Limmen - voorzitter van de Vereniging Hogescholen (VH) - om het landelijke hogeschooljaar te openen. Met de komende Tweede Kamer-verkiezingen in het vooruitzicht deed Maurice een oproep aan onze politici. “Het hbo is essentieel voor de toekomst van Nederland en daarvoor is het nodig dat alle studenten ongeacht hun achtergrond alle kansen krijgen in de maatschappij. Zie onze studenten voor wie ze zijn. Zie het onderwijs en het onderzoek aan hogescholen, voor wat het is. Zie het hbo voor wat het is. En als je dat ziet als politicus, dan begrijp je hoe zorgvuldig je daarmee moet omspringen, waarom je juist nu daarin moet investeren.”
Toekomstmakers in de prijzen
Vervolgens barstte de prijzenregen los met de uitreiking van de Toekomstmakers Awards en de Toekomstmakers Beurs. De Toekomstmakers Awards worden jaarlijks door een jury toegekend aan projecten waarin onderwijs, onderzoek en het werkveld samenwerken aan minstens één van de vier maatschappelijke opgaven. Een prijs voor iedere opgave waar Hogeschool Rotterdam aan werkt: Duurzame Delta, Vitale Gemeenschap, Slimme & Sociale stad en Toekomstbestendige Economie.
De gekozen projecten staan model voor wat Hogeschool Rotterdam bedoelt met Talent voor Transitie: studenten die tijdens hun studie bijdragen aan oplossingen voor urgente vraagstukken zoals druk op de zorg, antibioticaresistentie, de toegankelijkheid van overheidswebsites en CO2-neutraal bouwen.
Toekomstmakers Beurs
Naast alle Toekomstmakers Awards, werd ook de Toekomstmakers Beurs uitgereikt. Een beurs voor studenten met bijzondere toekomstplannen die deelnemen aan het honours-programma. Met de beurs kunnen zij een ambitieuze start maken. De Toekomstmakers Beurs gaat dit jaar naar Stijn Herpers voor zijn initiatief Man Up Club. Dit is een veilige plek waar mannen ongeacht hun sociale, financiële of culturele achtergrond samenkomen, kwetsbaar zijn, eerlijk spreken en elkaar steunen. Een prachtig voorbeeld van sociaal ondernemerschap in de praktijk.
Kansengelijkheid in onderwijs en stad
De bijdragen die de Hogeschool en haar studenten leveren aan oplossingen voor maatschappelijke opgaven werden ook besproken in de talkshows, waar Sander de Kramer in gesprek ging met gasten. En niet zomaar gasten. Voor de eerste ronde – met als thema Vitale Gemeenschap - schoof burgemeester Carola Schouten aan, samen met Mariëtte Lusse, lector Kinderarmoede en Samenwerken met ouders en student Social Work Gijs Griffioen.
Zij spraken over de integrale aanpak van kinderarmoede in de stad - een samenwerking tussen gemeente, hogeschool, praktijkorganisaties en ervaringsdeskundigen. Vanuit die samenwerking is onder meer het Onderzoeksprogramma Kinderarmoede gestart, waarin hulpverleners effectiever leren samenwerken rondom gezinnen in armoede.
Een voorbeeld hiervan is de samenwerking met House of Hope, waar student Gijs actief is. Zo wordt de brug geslagen tussen praktijkgericht onderzoek, onderwijs en directe impact in de wijk.
Burgemeester Carola Schouten benadrukte het belang van onderwijs als onderdeel van een vitale gemeenschap. Volgens haar zijn dat plekken in de stad waar mensen naar elkaar omkijken en kansen krijgen. Zoals onze hogeschool. “Tijdens een eerder bezoek van mij aan de hogeschool was er een studente die vertelde dat ze langdurig in de jeugdzorg had gezeten en in die tijd nauwelijks naar school was geweest. Dat ze nu op de hogeschool in haar eigen tempo en op haar eigen manier de draad kon oppikken en perspectief kreeg om weer ergens naartoe te werken. Dat heeft veel indruk op mij gemaakt. Dan is onderwijs zoveel meer dan rammen en stampen. Dan doet het er echt toe.”
Muzikale les over samenwerking
Dat samenwerking essentieel is, illustreerde Sinfonia Rotterdam met een kakofonie aan geluid. Want Beethoven 5 is nergens, zo bleek, zonder goed doordacht plan, verantwoordelijkheid en leiderschap. “Als je goed wilt samenwerken zul je op elkaar moeten kunnen vertrouwen, contact hebben en houden, verantwoordelijkheid moeten nemen en emoties durven tonen,” aldus dirigent Conrad van Alphen. Met behulp van de zaal volgde alsnog een - beter geslaagde - mini-uitvoering van het stuk van Beethoven.
Tijdrovende metingen slimmer en socialer maken
De tweede talkshow – met als thema Slimme en Sociale stad - ging over een bijzondere samenwerking tussen het Sophia Kinderziekenhuis en studenten van maar liefst zes verschillende opleidingen. Hoofddocent Ronald van Gils (Hogeschool Rotterdam), kinderarts dr. Danielle van der Kaay (Erasmus MC) bespraken de meetmat van student Leyton Sijpkens (Applied Data Science en Artificial Intelligence).
In het Sophia Kinderziekenhuis komen veel kinderen met zeldzame groeistoornissen die vaak meerdere keren per jaar lang moeten reizen voor een betrouwbare lengtemeting. Dat is tijdrovend voor ouders, zorgt voor extra druk bij het ziekenhuis en vooral is het spannend voor de kinderen, want er hangt veel af van hun meting. Dat kan anders: slimmer, digitaler en dichter bij huis. Zoals met de innovatieve meetmat van onze student Leyton. Wanneer deze mat doorontwikkeld wordt, kunnen patiënten thuis metingen uitvoeren zodat ze minder vaak naar het ziekenhuis hoeven. En dat is waardevol voor de patiënten en zorgverleners.
Het podiumgedeelte van de jaaropening werd afgesloten door Hogeschool Rotterdam-student en zangeres Renske Taminiau. Samen met Sinfonia Rotterdam zong zij ‘You never walk alone’. En dat deed ze natuurlijk niet alleen, de hele zaal zong mee.