Start:
2 februari 2026
Dag en tijd:
9 bijeenkomsten op maandag, 18.00-20.30 (m.u.v. 16 februari).
Bijeenkomst 9 is een terugkombijeenkomst en wordt in overleg gepland tussen 4 mei en 15 juni.
Investering:
€ 900,-
Aantal deelnemers:
maximaal 5
Leraren Nederlands en MVT in het tweedegraadsgebied: vmbo, onderbouw VO en mbo.
Bij Leeskracht professionaliseer je je als lezende leraar. Samen met leraren-in-opleiding ga je aan de slag met vraagstukken rondom leesbevordering, zoals:
- Wat is het belang van repertoirekennis en hoe kun je je eigen repertoirekennis uitbreiden met boeken die jouw doelgroep aanspreken?
- Hoe kun je als leraar een lezend rolmodel zijn voor je leerlingen of mbo-studenten?
- Op welke manieren kun je boekpromotie inzetten, aansluitend bij jouw vak en doelgroep? Kun je hier digitale (sociale) media voor inzetten?
- Hoe help je je studenten of leerlingen een passend boek te kiezen?
- Welke werkvormen kun je gebruiken om je leerlingen of studenten leeservaringen te laten uitwisselen?
- Wat is er op jouw school nodig om samen met collega's een leescultuur te creëren, zodat je het niet alleen hoeft te doen?
In co-creatie met elkaar passen we de cursus aan jouw doelgroep aan. We oefenen tijdens de bijeenkomsten actief met werkvormen en activiteiten die je in je eigen onderwijspraktijk kunt inzetten om lezen te stimuleren.
Belangrijk: net als de leraren-in-opleiding vragen we je om voor elke bijeenkomst enig voorbereidend leeswerk te doen (reken op ca. 1 uur voor het lezen van vakliteratuur).
Docent: Marloes Schrijvers (Hogeschool Rotterdam / LinkedIn)
Onderwerpen (onder voorbehoud, kleine wijzigingen mogelijk)
Start
Alleen externe deelnemers (bevoegde leraren
- Kennismaking met elkaar en de docent
- Organisatorische zaken
- Wensen en behoeften inventariseren
- Verwachtingen verhelderen
Bijeenkomst 1: Jijzelf als lezende leraar
- Inhoudelijke introductie van de cursus
- Het belang van repertoirekennis: wat heb je als lezende leraar te winnen?
- De rol van repertoirekennis bij actueel en/of thematisch werken in de klas
- Je repertoirekennis uitbreiden met het oog op jouw vak en doelgroep
- Leesbevorderingscompetenties: wat zijn dat en wat kun je ermee?
Bijeenkomst 2: De leraar als lezend rolmodel
- Hoe ben je een lezend rolmodel?
- Opvattingen over een (breed) leesaanbod, ook door niet-taalleraren
- Samen met leerlingen een lezerscommunity vormen
- Werkvormen voor lees- en boekpromotie
Bijeenkomst 3: Leesmotivatie aanmoedigen met lezen in interactie
- Wat is leesmotivatie?
- Het ervaren van een literatuurcirkel bij een kort verhaal
- Kennismaking met andere vormen van interactie rondom lezen
- Omgaan met valkuilen bij ‘praten over leeservaringen’
Bijeenkomst 4: Hoe help je leerlingen teksten kiezen?
- Hoe belangrijk is autonomie bij leesmotivatie?
- Het belang en de kaders van keuzevrijheid bij lezen
- Leerlingen begeleiden bij tekstkeuzes
- Werkvormen om leerlingen te leren kennen als lezers
Bijeenkomst 5: Doelmatig werken aan leesbevordering
- Leerdoelen formuleren in lees- en fictieonderwijs of vakoverstijgend onderwijs
- Het monitoren en evalueren van leesontwikkeling
- Hoe stimuleer je het leeszelfvertrouwen van leerlingen of studenten?
Bijeenkomst 6: Het bredere plaatje – jij en je collega’s
- De geheimen van leesbevorderende schoolteams
- De cirkel van invloed bij leesbevordering
- Collega’s meenemen en betrekken
Bijeenkomst 7: Verdieping voor de praktijk & uitloop
- Kennismaken met aanvullende leesbevorderingsactiviteiten
- Welke werkvormen passen bij jouw vak?
- Werkvormen selecteren en uitproberen
- Werken aan een plan voor jouw praktijk
Terugkombijeenkomst: Intervisie van praktijkervaringen en uitreiking certificaat
- Welke leesbevorderende initiatieven zet je in de praktijk in?
- Wat gaat goed en wat is nog lastig?
- Wat is er nodig richting volgend schooljaar?
Je ontwikkelt jezelf tot een leesbevorderende leraar met een voorbeeldrol voor leerlingen en/of collega’s, door op onderbouwde wijze leesbevorderingsactiviteiten te selecteren die passend zijn voor jouw schoolvak en doelgroep. Hierbij kun je je keuzes en inzichten onderbouwen op basis van relevante (vakdidactische) bronnen en ervaringen in je eigen onderwijspraktijk, en de activiteiten betekenisvol met elkaar in verband brengen.
Na afloop ontvang je een certificaat van deelname.