Menu
    English

    Gecijferdheid van Pabo-studenten

    Publicatiedatum: 01 maart 2013

    Het rekenniveau van Pabo-studenten is een bron van zorg, in het publieke debat, en vooral op de Pabo’s en de basisscholen waar deze studenten leren en stage lopen.

    Toon:

    Deze studenten gaan later zelfstandig leerlingen in het basisonderwijs lesgeven, en dat kunnen ze minder goed als hun eigen niveau ontoereikend is. Wat we willen bereiken met dit onderzoek, is een getoetst programma ‘gecijferdheid op het gebied van Meten’, zodat docenten rekenen-wiskunde effectief begeleiding kunnen geven aan studenten bij het op peil brengen van die gecijferdheid. 

    Internationaal staan daarin de aanhangers van de 'traditionele' en de 'realistische' rekendidactiek tegenover elkaar.

    • De 'traditionele' rekendidactiek is deductief van aard (vanuit de door de leerkracht gegeven regel gaan leerlingen contextopgaven maken) en
    • de 'realistische' rekendidactiek is inductief van aard (vanuit de context gaan leerlingen proberen de regel te ontdekken)

    Er zijn ook signalen dat de gecijferdheid van basisschool leerlingen vermindert. We merken in de praktijk dat pabostudenten moeite hebben met gecijferdheid, en daardoor ook met didactiekcursussen die gecijferdheid veronderstellen. Als deze trend zich doorzet, kan dat leiden tot vermindering van de kwaliteit van rekenonderwijs aan leerlingen in het basisonderwijs. Door toekomstig leerkrachten beter te leren rekenen hopen we ook dat toekomstige leerlingen van deze leerkrachten beter leren rekenen. Hiermee zouden we een neerwaartse spiraal kunnen tegengaan.

    We willen onderzoeken welke vormen van interactie tussen docent en studenten een positief effect hebben op gecijferdheid bij het domein Meten, en wat het verschil in leeropbrengst is tussen een deductieve en inductieve aanpak bij deze interactie. Als we dit weten, kunnen we op de Pabo HR de meest effectieve vormen implementeren, zodat de kans op uitval van Pabo-studenten wordt verkleind. 

    De onderzoeksvraag van het project luidt: Welke vormen van interactie tussen docent en pabostudenten hebben een effect op de leerwinst voor gecijferdheid bij het domein Meten, en wat is het verschil in leeropbrengst tussen een deductieve en inductieve aanpak bij deze interactie?