Projectbeschrijving
Wanneer verpleegkundigen de zorg niet kunnen geven die zij graag zouden willen geven kan dit tot morele nood leiden en uiteindelijk tot burn-out. Gedreven verpleegkundigen zouden daarom extra ondersteund moeten worden. Enerzijds om hen te behouden voor het verpleegkundig beroep, anderzijds om studenten te stimuleren om te handelen volgens hun waarden. Studenten ervaren op dit moment een grote kloof tussen theorie en praktijk.
Dit project gaat op zoek naar verpleegkundige rolmodellen die studenten kunnen laten zien hoe zelfmanagementondersteuning in de praktijk lukt. Het onderzoek vindt voor een deel in de opleiding plaats: met een vragenlijst onder studenten van de hbo-V wordt inzicht verkregen in wie de studenten zien als rolmodel in hun stagepraktijk. Daarnaast wordt in de praktijk, op leerafdelingen, onderzocht hoe rolmodellen ondersteund kunnen worden bij zelfmanagementondersteuning in de praktijk. Dat gebeurt door frequente inspiratiesessies, want elk talent, of expert heeft oefening, kennis en reflectie nodig.
Tenslotte is meer inzicht nodig in hoe het rolmodellen lukt om zelfmanagement te ondersteunen in hun drukke dagelijkse praktijk. Wat maakt deze verpleegkundigen anders, welke waarden streven zij na en hoe richten zij hun werk in? Ook dat wordt in dit onderzoeksproject onderzocht.
Uiteindelijk moet dit leiden tot inzichten in de kenmerken van rolmodellen voor zelfmanagementondersteuning en in hoe deze verpleegkundigen kunnen bijdragen aan betere zelfmanagementondersteuning door hun collega’s en studenten.
Verbinding met onderwijs
Dit onderzoek vindt plaats in nauwe samenhang met het onderwijs. Studenten Verpleegkunde worden uitgenodigd om te participeren in een vragenlijstonderzoek die hen helpt bij het concretiseren van zelfmanagement in hun stagepraktijk. Het praktijkonderzoek vindt plaats op leerafdelingen, sámen met opleiders en studenten. Studenten participeren ook door in hun afstudeeronderzoek op zoek te gaan naar rolmodellen en hen te interviewen. De inzichten van dit onderzoek worden gebruikt om het onderwijs nog beter aan te laten sluiten op de stagepraktijk doordat er leermiddelen worden ontwikkeld, gebruikt en geëvalueerd die later op bredere schaal toegepast kunnen worden.