Menu
English

Ontmoeting 57 | het nieuwe hogeschooljaar begint

Het nieuwe hogeschooljaar is weer begonnen. Met een nieuwe lichting studenten die door de gangen loopt, onwennig hun weg zoekend. En met de jaaropening, waar de hogeschool haar parels van afstudeerprojecten beloont met awards en waar Bormans de terugloop in studiesucces van mbo'ers betreurt maar tevens de oplossingen benoemt voor de weg omhoog.

In een decor van een zomer die nog een keer opleeft en zich dan moet overgeven aan de herfst, een wereld die zich van de rauwe kant toont en elke dag confronterende beelden de huiskamer in spuugt van radeloze vluchtelingen en onmachtige politici, aan de rand van een vakantie die een paar keer opgeschrikt werd door de tragische dood van studenten, zie ik de hogeschool tot leven komen. Een optimistisch beeld.

De schilders ruimen hun kwasten op, de laatste steigers worden door stoere mannen afgevoerd en groepjes collega's lopen door het gebouw met aannemers in pak, om de oplevering te controleren. Daar tussendoor hoor je het vrolijke gekwetter van een nieuwe generatie studenten, onder aanvoering van ouderejaars in felgekleurde T-shirts. Jongens en meisjes die nog wat schuchter en timide rondkijken, of die zichzelf juist graag overschreeuwen. Over 4 of 5 jaar stappen ze als zelfbewuste professionals de samenleving in. Dat is het mooie aan ons vak en dat legt tegelijkertijd een grote verantwoordelijkheid op onze schouders. Jonge mensen zijn 4 of 5 jaar bij ons, tijdens hun 'jaren des onderscheids' en wij mogen ze gedurende die jaren helpen volwassen te worden, als professional en zeker ook als mens. Dat is nog al wat.

Sommige van die jonge mensen komen voor hun gevoel in een hele nieuwe wereld terecht, in meervoudig opzicht. Het hbo is de wereld van het hoger onderwijs en daarmee een uitdrukking van een andere cultuur, een andere leefwereld. Dit ervaren ze in elk geval zo omdat ze die wereld niet kennen, niet van huis uit, van de straat of hun vorige school. Voor veel jonge meisjes die wat schuchter kijken en bij elkaar klitten en jongens die net wat te veel lawaai maken, is dat een uitdrukking van nieuwsgierigheid, verwachting, maar ook van onzekerheid en een zekere verweesdheid. Het hbo is een kans, een initiatie in een nieuwe wereld, maar wel één die vaak ver af staat van de hun bekende wereld en dus niet meteen vertrouwd is. Daarmee integreert het hbo, verbindt het, maar schrikt ook af.

Het lukt ons niet al die jonge mensen met succes naar een diploma te geleiden. Dat is ook niet altijd erg. Ooit stopte een Limburgse jongen in Eindhoven na zijn propedeuse met zijn studie en 37 jaar later is hij voorzitter van het College van Bestuur van een hogeschool in Rotterdam. Het deed pijn, was ook onnodig geweest als hij door de opleiding net wat meer was 'vastgepakt'. Het leidde tot een afscheid van zijn geliefde vak, de fysica, maar hij herpakte zich. En zou later ook erg veel plezier gaan beleven aan zijn ondoordachte keuze om in Nijmegen 'dan maar' Politicologie te gaan studeren. Zo kan het gaan.

Het zou ook niet goed zijn als iedereen de eindstreep haalt. Het hoger onderwijs sorteert én selecteert. Een essentiële functie van het (hoger) onderwijs. En alle maatregelen die we - met veel succes - genomen hebben in het hbo de afgelopen jaren, hebben die selectiviteit - doelbewust - doen toenemen. Als de lat hoger ligt, is het niet vanzelfsprekend dat er meer mensen over heen gaan. Symbool daarvan is onze Pabo. Mensen deden nog geen twee jaar geleden schamper over het niveau van de Pabo. Zes jaar geleden werden de Pabo's maar nét geaccrediteerd, omdat de inhoud niet echt van niveau zou zijn. Nu is het één van de meest selectieve opleidingen die we in het hbo kennen, zowel voor als na de poort. Waardoor in de meest grootstedelijke stad van ons land, Rotterdam, een Pabo staat die als één van de weinige in het land van onze keurmeester het predicaat 'goed' heeft gekregen, als uitdrukking van een opleiding met een hoog niveau. Een opleding die echter wel geconfronteerd wordt met fors lagere instroom en een instroom die 'wit' genoemd kan worden, omdat met name de instroom uit het mbo 'opgedroogd' is. Het docentencorps van het Rotterdamse basisonderwijs zal op den duur eerder minder dan meer divers worden. En dat in een bij uitstek multiculturele stad. We lossen problemen op, nieuwe vraagstukken ontstaan.

Op woensdag 2 september openen we het hogeschooljaar. We doen dat op een Rotterdamse manier, met beide benen op de grond, maar ook met trots. We laten onze parels zien, voorbeelden van afstudeerprojecten die alles zeggen over wat het moderne hbo moet zijn: van hoog niveau, de grenzen van het vakgebied opzoekend en die op een ondernemende manier passerend. Dus zien we mooie voorbeelden van jonge mensen die het vraagstuk van vrouwenemancipatie opnieuw en anders agenderen, interactieve kleding maken, zelfhelende coatings ontwikkelen en innovatieve golfbrekers ontwerpen. Kortom: we vieren het hbo.

 

Bekijk ook de filmpjes van de genomineerden voor de Hogeschool Rotterdam Bachelor Award en Overtref Jezelf Beurs in dit nieuwsbericht.

foto: Levien Willemse 

De resultaten die we boeken spreken voor zich. Op vrijwel alle parameters die in onze ogen kwaliteit indiceren, boeken we winst. Studenten, bedrijven, deskundigen en ook onze docenten zelf, zijn meer tevreden over onze kwaliteit. De hogeschool zit - al een aantal jaren - in de lift, zoals het gehele hbo in Nederland overigens. De Koning heeft het twee dagen daarvoor gezegd tijdens de jaaropening van de Haagse Hogeschool en dus is het zo.

Op één front leveren we in: minder studenten slagen erin om af te studeren. En het studiesucces is ongelijk verdeeld: studenten met een mbo-achtergrond hebben het steeds moeilijker gekregen bij ons. Aangezien de beroepskolom de motor is geweest van onze emancipatoire functie, leveren wij op dat punt fors in. Illustratief is het studiesucces van meisjes van niet-westerse afkomst. Van de mbo-instroom uit 2005 had 39,1% na 5 jaar het diploma, van het cohort 2009 is dat nog 26,4%[1].(Bekijk de presentatie die Ron Bormans hierover gaf tijdens de jaaropening, red.)

"Hoe minder dom ik lesgeef, hoe slimmer mijn studenten blijken te zijn", zei een docent tegen ons toen we het vraagstuk binnen de hogeschool breed in gesprek brachten in het voorjaar. We staan voor een grote uitdaging en moeten erg ons best doen alle verkeerde reflexen te onderdrukken, vooral de reflex van de ontkenning, maar ook die van het beleidsmatige antwoord. De kwestie vraagt om een beetje beleid, maar vooral om een antwoord in de klas, onze klas. Het vraagt om een nieuw besef dat de docent het verschil maakt, maar dan ook een docent die dat verschil moet willen maken, de professionaliteit moet willen ontwikkelen en compromisloos moet willen zijn in zijn of haar gedrevenheid het beste uit jonge mensen te willen halen. Ik zie docenten die dat doen. Ik zie docenten die dat niet doen. We moeten jonge mensen willen begrijpen, empathie tonen en ze vanuit dat begrip uitdagen. Mooier dan hoe de collega het zei, kan niet. Vooral mooi omdat het citaat duidelijk maakt dat de oplossing niet buiten ons ligt, maar binnen handbereik.

Als de lat hoger ligt, is het helemaal niet vanzelfsprekend dat er minder mensen over heen gaan.

 


[1] Dit getal is relatief laag omdat deze indicator geen rekening houdt met switch-gedrag en met het feit dat er nog een behoorlijk percentage na 5 jaar alsnog afstudeert

Over de auteur

Ron Bormans - Voorzitter College van Bestuur Hogeschool Rotterdam

Ron Bormans (1957, te Schinnen, Zuid-Limburg) mag zich verheugen in een lange periode van ontmoetingen in en met het hoger (beroeps)onderwijs. Tijdens zijn studies: Natuurkunde (propedeuse) in Eindhoven en Politicologie / Bestuurskunde in Nijmegen. Maar ook in zijn loopbaan. Hij werkte o.a. als plv. directeur HBO en directeur Studiefinanciering bij OCW. Daarnaast was hij consultant bij Capgemini. Op dit moment geeft hij leiding aan Hogeschool Rotterdam als bestuursvoorzitter, een functie die hij eerder bekleedde bij de HAN. Maar hij deed ook de HvA en Inholland aan en hield toezicht op onderwijsprogramma's als directeur NQA.

Elke twee weken is de nieuwe blog-post ook te volgen op Twitter via @ronbormans1.